jongen kleuter weent

Deze “positieve” opvoedkundige zin is eigenlijk heel pijnlijk voor je kind

10/04/2025
Mamabaas
Door Mamabaas

Elk kind heeft weleens mindere momenten. Kinderen durven te bijten, te schreeuwen, te slaan of een leugentje te vertellen – en vaak voelen ze zich daar achteraf schuldig over. Ze vragen dan: 'Ben je boos op me?' of zeggen zelfs: 'Je ziet me nu niet meer graag’. Ouders reageren dan vaak met de goedbedoelde uitspraak: 'We zien je wél graag, maar we houden niet van je gedrag.' 

Op het eerste gezicht lijkt dat een positieve benadering dankzij de liefdevolle uitspraak. Maar in realiteit kan deze uitspraak kinderen het gevoel geven dat de liefde die ze van hun ouders krijgen afhangt van hun gedrag. 

(On)voorwaardelijke liefde

Als kinderen opgroeien met het gevoel dat hun ouders hen onvoorwaardelijk graag zien, is de kans groter dat ze opgroeien tot mentaal en fysiek gezonde volwassenen. Zeker wanneer ze grote emoties ervaren, is het belangrijk dat ze beseffen dat ze hun gevoelens mogen uiten, zonder dat ze het risico lopen om daarbij jouw veiligheid en steun te verliezen. En zinnen als: “We houden van je, maar …”, kunnen op die kwetsbare momenten een verkeerd signaal geven. 

Als ouder toon je je liefde wellicht elke dag door de kleinste dingen: een kusje voor het slapengaan, een briefje in de brooddoos, een gesprekje over hoe het was op school, een knuffel … Ook als je kind zich misdragen heeft en zich onzeker afvraagt of je boos bent of hem nog wel graag ziet, is het belangrijk om die liefde simpelweg te bevestigen – los van jullie gesprek over het gedrag. Want als een kind voelt dat de liefde van zijn ouders afhankelijk is van voorwaarden, dan kan dat leiden tot een laag zelfbeeld, onzekerheid, angst en vertrouwensproblemen. En dat kan dan weer een negatieve impact hebben op zijn latere relaties. 

Hoe je gesprekken over liefde en gedrag kan scheiden 

Als kinderen iets verkeerd hebben gedaan, dan zitten ze meestal vol emoties. Dat is niet het geschikte moment om een les te leren. Als je overstuur bent, is het nu eenmaal moeilijk om helder na te denken. Het is dus belangrijk dat zowel het kind als de ouders rustig zijn vooraleer er gepraat kan worden over grenzen en verwachtingen. 

Erken daarom eerst de grote emoties van je kind en toon empathie, zélfs als het gedrag niet door de beugel kon. Geef je kind de tijd om te kalmeren en tot rust te komen voordat je het gesprek aangaat. Op die manier heb je zelf ook de tijd om de situatie te verwerken, en vermijd je dat je te impulsief reageert.

Zodra iedereen gekalmeerd is, kan je dan effectief het gesprek aangaan met je kind. Probeer je daarbij enkel te richten op het gedrag. Als je kind tijdens dat gesprek onzeker is en vraagt of je nog wel van hem houdt en of je nog boos bent, dan kan je een simpel antwoord geven. ‘Ik hou van je en ik ben er voor je.’ Wacht even tot die boodschap is binnengekomen, en ga dan verder met het gesprek over het gedrag. 

Daarbij kan je verwoorden welk gedrag je precies verwacht. Je kan bijvoorbeeld uitleggen wat de verwachtingen waren, wat er gebeurd is, waarom dat niet oké is en wat de gevolgen zijn. Focus op wat het gedrag heeft veroorzaakt. Gaat je kind door een moeilijke periode? Is er een onderliggend probleem? Waren er triggers die hadden kunnen vermeden worden? Door de onderliggende oorzaken te begrijpen, kan je je kind beter begeleiden in toekomstige situaties.  


Bron: The Huffington Post