3 manieren om je kind te helpen om vertrouwen op te bouwen in het water
Het best ga je zo vroeg mogelijk met je kinderen aan de slag te gaan, zelfs voordat ze zwemles krijgen. Zo krijgen ze een fijn beeld van water. Een zwemleraar geeft enkele tips om het watervertrouwen op te bouwen en de zwemles zo productief mogelijk te maken.
1. Gebruik waterspeeltje om het leuk te maken
De grootste en moeilijkst te overwinnen angst voor kinderen is vaak hun ogen en dus hoofd onder water steken. De meeste kinderen hebben er geen problemen mee om bellen uit hun mond en neus te blazen, maar als het erop aankomt om het hun ogen/hoofd onder te dompelen, aarzelt bijna elk kind.
Die angst overwinnen is essentieel om te leren zwemmen, want je hoofd de hele tijd omhooghouden maakt zwemmen een enorm vermoeiende inspanning. Met de hulp van speelgoed kan je eraan werken.
Zinkend speelgoed is een perfecte oplossing voor het oefenen met de ogen in het water. Begin met makkelijk te grijpen speeltjes, zoals duikstokken of ringen. Ze hebben niet alleen een groot grijpoppervlak, maar ze staan ook rechtop in het water, zodat je kind niet zo ver naar beneden hoeft te reiken om ze te pakken.
Als je kind zich daarmee op zijn gemak voelt, ga dan verder met speelgoed dat lager op de bodem ligt en voorwerpen die moeilijker op te pakken zijn, zoals munten. Met die ‘zinkers’ moet je kind verder en langer onder water gaan, zodat het kan oefenen om rustig en langzaam uit te ademen.
Ga je liever niet aan de slag met zinkend speelgoed? Drijvende speeltjes zijn net zo goed voor het opbouwen van zelfvertrouwen in het water. Of je kind nu wel of niet zelfstandig kan zwemmen, grijpen naar speelgoed dat op het water ligt, is een goede oefening om de armen te strekken.
Gebruik bijvoorbeeld een pingpongballetje, dat je van bovenaf moet vastpakken met je arm uit het water. Dat is precies de beweging die kinderen nodig hebben om de crawl uit te voeren als ze er klaar voor zijn.
Is er een plaatselijk zwembad of waterpark, neem dan je kind er mee naartoe om de golfslagbaden, glijbanen en ondiepe baden te ontdekken. Het zijn niet-bedreigende speelzones die ze laten kennismaken met water als een leuke plek en er is niet echt ‘zwemmen’ voor nodig.
2. Geef je kindje een eigen zwemuitrusting
Niet alleen speelgoed, maar ook een persoonlijke zwemuitrusting werkt inspirerend bij kinderen. Door je kind eigen zwemspullen te geven, krijgt het een gevoel dat het dat water wel aankan. En dan wordt het natuurlijk makkelijker om te zwemmen.
Gelukkig vind je al vrij goedkoop leuke zwemspullen voor kinderen. Denk aan een set zwemvliezen of een plezante duikbril – ook iets wat enorm kan helpen bij onder water gaan! Met een zwembril voelen kinderen zich meer op hun gemak als ze hun gezicht in het water houden.
Zwemvliezen zijn een geweldig hulpmiddel om zelfvertrouwen op te bouwen, omdat ze de stuwkracht vergroten en kinderen het gevoel geven dat ze meer zijn dan een mens. Zwemvliezen corrigeren ook slechte gewoontes, zoals watertrappelen (alsof ze fietsen) of met de benen hoog uit het water slaan. Ze werken beter als je ze in de juiste positie gebruikt en geven minder stuwkracht als je ze in de verkeerde positie gebruikt. Kinderen hebben dat vrij snel door.
3. Betrek vrienden en familie
Tijd in het zwembad met familie en vrienden is een uitstekende manier om de zwemlust van je kind aan te wakkeren. Zelfs als ze bang zijn, helpen lessen met een broer of zus, neef of andere goede vriend(in) of familielid nieuwe zwemmers verder.
Een beetje rivaliteit – gecontroleerd natuurlijk – tussen broers en zussen kan zelfs goed zijn in een leeromgeving en het kan kinderen motiveren om harder hun best te doen, ondanks hun angsten.
Voor de meeste kinderen zijn andere kinderen die dezelfde vaardigheden leren vaak een inspiratie. Als ze een ander kind dingen zien doen, kunnen ze het zich gemakkelijker voorstellen dat ze het zelf ook zullen doen. Kinderen die last hebben van watervrees hebben meer positieve ervaringen nodig om hen te motiveren om nieuwe vaardigheden te leren.
Een kind dat water als een enge plek ziet, staat niet te springen om het gezicht erin te steken, zich van de kant af te duwen of proberen zelfstandig te bewegen. Een kind dat het zwembad ziet als leuk en opwindend, wil nieuwe dingen proberen en de onderwateromgeving verkennen, waardoor leren zwemmen makkelijker wordt.
Bron: vrij vertaald naar Motherly