mama spelen saai

Ik haat spelen met mijn kinderen (en ik vind dat we daar eerlijker over moeten zijn)

10/06/2025

Sommige ouders zeggen dat ze het “heerlijk” vinden om op de grond te zitten en urenlang met hun peuter een boerderij na te bootsen met plastic dieren. Ik geloof dat niet. Of ze liegen. Of ze zijn gezegend met een bovengemiddelde fantasie en een onderontwikkeld gevoel voor verveling. Want eerlijk? Ik haat spelen met mijn kinderen.

Niet alles, oké. Maar toch 80% van wat zij leuk vinden. Zeker die eerste jaren. Die eerste twee jaar waren gewoon een aaneenschakeling van “mama, jij bent een boom” en “mama, kijk hoe deze blok op die andere blok kan staan” gevolgd door acht minuten stilte terwijl ik die blok opnieuw recht moet zetten omdat ik per ongeluk een drama heb veroorzaakt.

Het is saai. Ik voel mij dom. En ik heb er het geduld niet voor.

“Doe gewoon alsof je het leuk vindt.” 

Dat zeggen mensen dan. “Ze hebben je liefde nodig.” Ja, tuurlijk. Die hebben ze. In kilo’s. In liters. In nachtvoedingen, boterhammen zonder korstjes, en troost na een nachtmerrie. Maar mijn liefde zit dus blijkbaar niet in een prinsessenspel zonder logica waarin ik wéér moet vragen “wil je suiker in je fantasiekoffie?”.

Mijn gezicht vertrekt op dag drie van de paasvakantie als ik voor de 11de keer “de juf” moet zijn terwijl zij de baby zijn die niks zegt behalve huilen. Waarom moet het altijd huilen zijn?

Er is hoop (maar met mate)

Ik zal zeggen: het wordt beter. Soms.

Als ze eindelijk een beetje kunnen praten in volzinnen en je samen een puzzel kunt maken die iets meer inhoud heeft dan “hier is de rode vis”. Of een gezelschapsspel met simpele regels dat binnen de 15 minuten eindigt zonder dat iemand huilt. Dan denk ik: oké, we kunnen misschien ooit vrienden worden.

En af en toe betrap ik mezelf erop dat ik het… minder erg vind.

Wat ik wél kan

Voorlezen? Graag. Samen een absurd YouTube-filmpje analyseren? Yes. Of hun woedeaanval ontleden als ware het een aflevering van CSI Babygedrag? Mijn talent. Maar ik ben dus niet de moeder die zin heeft in rollenspelen waarbij ik de baby, de hond én de klant van de winkel tegelijk moet zijn. Want dan blokkeert mijn brein. 

En weet je wat?

Ik denk dat ik niet de enige ben. En ik denk dat we dat best wat vaker mogen zeggen zonder meteen bang te zijn dat we onze ‘goede moeder’-badge moeten inleveren. Want we houden van onze kinderen. We geven onszelf. Onze nachten. Onze zenuwen.

Maar laat ons alsjeblieft de blokken overslaan. Of laten we op z’n minst afspreken dat we er eerlijk over mogen klagen. Zonder schuldgevoel. Met koffie. En een beetje zelfmedelijden.