tiener jongen

Voor veel kinderen een evidentie, maar niet voor een pleegkind

5/11/2024

We zitten in de auto. Volgens onze pleegzoon moet dit met een muziekje op de achtergrond. Voor mij mag dat in stilte de weg volgen, zonder gejoel en gebrul van één of andere rapper in mijn oren. Onze pleegzoon kent mijn wens en bedenkt een oplossing. Hij maakt een speellijstje ‘Liesbeth’ genaamd met muziek die ik graag hoor. 

Ik wil een nummer toevoegen aan de afspeellijst ‘Liesbeth’ op zijn telefoon… ‘Mag ik dan bij jou’ van Claudia de Breij is mijn suggestie. We luisteren samen naar het nummer. 

Mag ik dan bij jou schuilen
Als het nergens anders kan?
En als ik moet huilen
Droog jij m'n tranen dan?
Want als ik bij jou mag
Mag jij altijd bij mij
Kom wanneer je wilt
Ik hou een kamer voor je vrij

Dit refrein ontroert mij. Ik mijmer luidop dat het fantastisch is als je een vriend hebt die dit nummer ‘waard’ is en waar je dit liedje naartoe kan sturen om je vriendschap te bevestigen. ‘Ik hoop dat jij minstens één zo’n vriend hebt.’ Zeg ik. 

Hij vindt het een vreemd idee, op zijn leeftijd, een liedje doorsturen naar een vriend. 

Ik uit mijn verbazing maar hij beargumenteert. ‘Jij bent een meisje. Ik ben een jongen. Meisjes en jongens denken daar anders over,’ legt hij uit. ‘Als ik volwassen ben, zou ik dat misschien wel doen,’ vertelt hij. ‘Ik hoop dat ik dan nog altijd bevriend ben met Juul.’ In zijn jonge leven heeft hij meermaals ervaren dat mensen verdwijnen zonder dat je dat zelf wil. Dat laat z’n sporen na. Een tragisch lot van veel pleegkinderen. ‘In het leven kan er veel veranderen he, Liesbeth,’ voegt hij er aan toe. Hij weet dat ik hem begrijp. 

‘Ja,’ beaam ik volmondig, zijn leven en mijn leven overschouwend. Er kan snel veel veranderen. Om ‘iets’ te noemen: ik werd zijn pleegmoeder, hij werd mijn pleegkind. Wat een verandering voor ons beide levens. Dit hadden we beiden niet verwacht. 

‘Eén ding weet ik zeker, zeg ik tegen hem. We zijn ondertussen thuis gekomen. Ik parkeer de auto. Ik zit naast deze jongen die tot in het diepst van mijn hart is gekropen. Ik trek hem, over versnellingspook gebogen, tegen me aan en zeg zachtjes: ‘Jij mag altijd bij mij.’

Voor veel kinderen is het een evidentie maar niet voor een pleegkind.

 

Liesbeth Vervecken schreef al eerder over het boeiende leven van haar gezin met de puber-pleegzoon. Meer lezen? Ontdek haar boek 'Een puber-pleegzoon'.