Moet je als ouder je kind in prestaties pushen als er al zoveel schoolstress en prestatiedruk is?
Kristien Bruggeman, directeur van LAB Onderwijs en onderwijswetenschapper: ‘Vroeger hoorde je als ouder misschien pas iets over de toekomst van je kind wanneer het in het middelbaar zat. Nu lijkt het alsof de eerste zorgen al beginnen in de derde kleuterklas, bij de toetertest. Dat is een toets die in Vlaanderen wordt afgenomen bij kleuters in de derde kleuterklas om hun schoolrijpheid te meten, specifiek op het gebied van taal, rekenen, schrijfmotoriek en werkhouding. En er zijn daadwerkelijk ouders die zich op basis daarvan afvragen of hun kind later wel naar de universiteit zal kunnen.
De prestatiedruk sluipt dus almaar vroeger binnen en die druk wordt gevoed door een maatschappelijk ideaal. In dat ideaal moet je hoger onderwijs volgen, en dan liefst nog een master behalen. Je moet slim zijn en hard werken. En de druk komt niet enkel van ouders, maar ook van scholen, overheden en media. Taaltoetsen, rekennormen, rankings en rapportcijfers… het begint vroeg, en het stopt niet meer.
Tieners voelen die spanning ook. Ze vragen ons soms letterlijk of zij dan zoveel dommer zijn dan de tieners van vroeger. Dat raakt me, want dat betekent dat ze zichzelf vergelijken met een systeem dat almaar sneller, efficiënter en strakker georganiseerd lijkt te moeten zijn. En intussen leren ze vooral dat je nooit goed genoeg bent. Nooit slim genoeg, of snel genoeg. Zo creëren we een generatie die opgroeit met perfectionisme en faalangst.’
‘Waarom zou ik nog?’
In sommige gezinnen komt er een moment waarop een kind dat vroeger met blinkende ogen naar school vertrok, plots zuchtend opstaat. Niet één dag, maar elke dag, alsof het licht een beetje uit is gegaan en het hoofd te vol zit nog voor de dag begonnen is.
En dan, boven een kom cornflakes met te veel melk, komt het onvermijdelijke met een vraag, een blik of een stilte die zoveel betekent als dit: ‘Waarom moet ik dit eigenlijk allemaal leren?’ ‘Wat heb ik hier later aan?’ ‘Waarom zou ik nog?’
Het zijn geen vragen waar je als ouder zomaar een antwoord op hebt, want ergens snap je ze waarschijnlijk wel. Je herkent ze misschien zelfs uit je eigen puberteit, maar toen was het systeem nog niet zo overweldigend. Er was minder om te missen, minder om bij te houden en minder om aan te voldoen.
Misschien zijn het daarom gewoon kinderen die moe zijn van het moeten, het vergelijken en het presteren. En dan sta je daar als ouder, met een planning, een toetsenrooster, een boterhamdoos en een kind dat zich afvraagt of het er nog toe doet. Je wilt helpen, maar je weet niet goed hoe. Je zegt dat het wel goed komt, maar je voelt zelf de twijfel. Want wat als het te veel is?
‘Geen toeval’, volgens Kristien Bruggeman. ‘Zodra kinderen naar het secundair onderwijs gaan, daalt de leergoesting drastisch. Dat weten we al jaren en het is een van de sterkste voorspellers van schooluitval. Leerlingen haken af omdat ze geen verbinding voelen met wat ze leren, omdat ze het nut niet zien of omdat ze het gevoel hebben dat het toch nooit genoeg is.
Wij proberen die motivatie opnieuw aan te wakkeren door te vertrekken van drie pijlers: autonomie, betrokkenheid en competentie. Jongeren moeten het gevoel krijgen dat ze zelf iets mogen kiezen, dat ze ertoe doen en dat ze iets kunnen. En dat werkt. Niet alleen voor de zogezegd sterke leerlingen, maar evengoed voor wie het anders nodig heeft. Een fout maken mag, een omweg nemen ook. Dat moeten ze beseffen, want dat is leren en leven.’
Volgens Stefan Grielens, algemeen directeur van het Vrij CLB Netwerk, is dat ook een van de grote uitdagingen: ‘Jongeren die anders leren, botsen snel tegen muren. En dan zie je ze uitvallen, afhaken of gewoon verdwijnen in het systeem. Dat is niet per se omdat ze niet kunnen, maar omdat ze zich niet gezien, niet begrepen of niet meegenomen voelen.’
Soms lijkt het alsof het hele onderwijssysteem gebouwd is op de gemiddelde leerling. Newsflash: de gemiddelde leerling bestaat niet.
Maar goed ook. Want er zijn alleen kinderen, met hun eigen ritme, hun eigen hoofd en hun eigen verhaal.
Meer lezen: Goed Genoeg!
Over ouderschap in tijden van hoge verwachtingen

Ben ik wel een goede ouder?
Als mama of papa stel je jezelf die vraag vaker dan je lief is. Er zijn lijstjes, regels en goedbedoelde adviezen genoeg - maar wie bepaalt eigenlijk wat 'goed' is?
In Goed genoeg! gaat Siska Schoeters in gesprek met topexperts als Peter Adriaenssens, Binu Sign, Nina Mouton, Theo Compernolle, Lies Clerx, Marloes Jonkers, Tom Termote... Samen zoeken ze naar eerlijke antwoorden op vragen die elke ouder zich stelt:
- Hoeveel schermtijd is nog oké?
- Moet ik altijd mild zijn?
- Wat met slaaptekort, schoolstress of sociale media?
- En vooral: wanneer is het... goed genoeg?
- Met humor, kwetsbaarheid en een flinke portie herkenbaarheid brengt dit boek geruststelling én concrete tips. Want perfect ouderschap bestaat niet - maar goed genoeg ouderschap wél.
Voor alle ouders die zichzelf soms afvragen of ze het wel juist doen. Spoiler: ja dus.
