Donormelk, nog een taboe om te doorbreken
Het standaard antwoord als ik mijn verzuchtingen rond kolven deel is: “Poedermelk. Hup in de microgolf en klaar.” Mijn missie om toch zeker een jaar lang exclusief borstvoeding te geven – naast groenten, fruit, broodkorsten, alles wat ze uit mijn mond staart, zand en gesmoste stukjes whatever onder de eettafel dan – vliegt even snel de vuilbak in als het tussendeksel (is dat wel een woord?) dat je van de poederpot moet trekken. Ik wil dat nog niet. Punt.
Mijn borsten laten zich niet foppen
De realiteit is wel dat ik borsten heb die zich niet laten foppen door het vacuümgezuig van een kolfapparaat. Misschien knappen ze net als ik af op het gedreun dat uit zo’n machientje komt. “Heb je al een handkolf geprobeerd?” Jup. En ook al massage, warmte, snuffelen aan kleertjes, filmpjes en foto’s bekijken, of ze net volledig verbannen. Ik heb zelfs al kolvend geskypet met mijn baby vanuit de coworking space waar ik op vrijdag kom zitten om wat schrijfwerk te verzetten. Toeschietreflex, waar blijft ge?
Gevoel voor humor
Mijn boezem heeft wel gevoel voor humor. Hele gemene humor. Zo zat ik daarstraks gezellig, nietsvermoedend mee aan tafel met de andere coworkers. Het gesprek ging over kindjes. Dán wil de melk wel stromen. Zucht. Met twee grote, ronde vochtplekken op mijn groene kleed – uiteraard de dag dat ik beslis niet de zwartzak uit te hangen – druip ik af naar een vergaderzaaltje zonder glazen wanden. Want donormelk of niet, mijn melkfabriek alert houden door minstens één keer per werkdag te kolven, is wel een must. De volle 70 milliliter na zeker een kwartier manuele arbeid. Really? *Kijkt intens fronsend naar haar tepels*
Gemoedsrust
Hoewel de teleurstelling nog wel op de loer ligt, domineert nu vooral de gemoedsrust. Mijn dochtertje komt namelijk helemaal niets te kort. Haar flesjes donormelk worden vlotjes en met smaak opgedronken. Een week geleden zat ik hier ook, in mijn kolfkot, te janken met een nog veel zieligere opbrengst in de hand. Ik besloot mijn verdriet en frustraties even te delen in een virtueel mamagroepje. Naast bakken begrip, volgden verschillende voorstellen: van het komen plunderen van diepvriesschuiven tot “Ik wil wel voor je kindje kolven.”
Leve de momtribe
De kracht van de momtribe is weer maar eens bewezen. Toen bleek dat een van deze redsters in melknood ook nog eens bij ons om de hoek woont, was ik helemaal verkocht. Gisteren ging ik de eerste lading donormelk ophalen, met mijn koddig koeltasje, voorzien van kleine koelblokjes, in de hand. De goede intenties en de moederliefde waren voelbaar.
Tot volgende week, donormama. Dankjewel.