Dossier Verwachten en verliezen – deel 8: Premature geboorte
Verwachten kan ook omslaan in verliezen. En wanneer je dan ook nog in stilte moet rouwen wordt het eenzaam verdriet dat niemand ziet. Iedere samenleving heeft regels om met verlies en verdriet om te gaan. In arbeidssituaties krijgt een personeelslid bijvoorbeeld vijf dagen werkverlet bij het overlijden van de partner of van een kind, drie dagen bij het sterven van vader of moeder, schoonouder, broer of zus. Dit soort regels bepaalt wie een wettig recht krijgt om te rouwen. Omtrent geboorte en ouderschap zijn er vele vormen van verlies waarvoor de samenleving geen normen, geen gebruiken en zelfs geen woorden heeft. Het gaat om ‘niet-erkende rouw’, om verliezen die door de samenleving en soms ook door de rouwenden niet als dusdanig worden herkend en erkend.
In deze bijdrage willen we even dieper inzoomen op tien verlieservaringen die met zwangerschap kunnen worden geassocieerd: kinderloos blijven, fertiliteitsbehandelingen, donorinseminatie, draagmoederschap, verlies van een prille zwangerschap, zwangerschapsafbreking om medische redenen, abortus, premature geboorte, adoptie, perinatale sterfte. Bij elk van deze ervaringen kan je rouwen. Vaak wordt dit niet eens opgemerkt door de directe omgeving.
Deel 8: Premature geboorte
De ervaring van een premature geboorte is in heel wat facetten anders dan wat je meemaakt bij een normale bevalling (Keirse, 2005). Het onverwachte creëert angst en verwarring. De sfeer waarin alles verloopt doet denken aan een spoedeisende situatie. Het heeft meer weg van een gevaarlijke situatie dan van een verwachtingsvolle gebeurtenis. De blijde en ontspannen sfeer die je verwacht na een bevalling wordt meteen angst en bezorgdheid over de levenskansen van je baby. Je kan het soms ook als een mislukking beleven, een niet beantwoorden aan de verwachtingen, een falen in de normale opdracht. Na de inspanning van de geboorte verwacht je normaal een welverdiende relaxatie, ontspanning. Premature geboorte betekent verdergaande spanning in verband met de toekomst van je kind.
Helpen is
Helpen is vooral erkenning geven aan verlies dat persoonlijk of maatschappelijk niet wordt erkend en het als rouw benoemen. Jezelf de kans geven het verlies te voelen en erover te rouwen brengt meer bevrijding dan het permanent opkroppen en wegduwen. De kring van stilte moet worden doorbroken. Door de niet-erkenning dreigt het verdriet onder de oppervlakte te blijven voortwoekeren. Dat resulteert in wat soms pathologische rouw wordt genoemd, ook al is dit geen pathologie van het individu maar het resultaat van ontkenning door een brede samenleving. Door je verdriet op te kroppen van je verdriet en door het gemis aan opvang en steun, kan het verdriet alle domeinen van je leven aantasten. Rouw is altijd een subjectieve ervaring. Te gemakkelijk wordt het verdriet van een ander geminimaliseerd, door ofwel het verlies niet als betekenisvol te erkennen of door de omstandigheden waarin het is ontstaan af te keuren. Persoonlijke opvattingen, oordelen of vooroordelen je kunnen remmen om mensen in verdriet persoonlijke zorg te geven. Laat oordelen over aan rechters en magistraten. Effectief helpen in verdriet vraagt dat je verschillen in visie accepteert, dat je onbevooroordeeld luistert en een klimaat van oprechte aanvaarding creëert.
Literatuur
Bateman-Cass C. The loss within loss: Understanding the psychological implications of assisted reproductive technologies for the treatment of infertility. Dissertation Abstracts International 2000: 61; 1624B. (UMI no. 9965385)
Glazer ES. Miscarriage and its aftermath. In Lieblum SR (Ed.). Infertility: Psychological issues and counseling strategies. New York: Wiley; 1997, 230-245.
Greenfeld DA, Haseltine F. Candidate selection and psychosocial considerations of in-vitro fertilization procedures. Clinical Obstetrics and Gynecology 1986: 29; 119-126.
Hurwitz N. The psychological effects of in vitro fertilization. Pre- & Peri-Natal Psychology Journal 1989: 4; 43-50.
Keirse M. Eerste opvang bij perinatale sterfte. Gedragingen en attitudes van ouders en hulpverleners. Leuven: Acco; 1990 (2de druk).
Keirse M. Therapeutische verbetenheid en patiëntenrechten. Tijdschrift voor Geneeskunde 2006: 62; 877-887.
Keirse M. Omgaan met een ongeneeslijke ziekte. Lessen uit de praktijk. Tijdschrift voor Geneeskunde 2006: 62; 1370-1379.
Keirse M. Helpen bij verlies en verdriet. Een gids voor het gezin en de hulpverlener. Tielt: Lannoo; 2017.
Keirse M. Patiëntenzorg en -begeleiding. Leuven:Voorburg: Acco; 2005.
Kluger-Bell K. Unspeakable losses. Understanding the experience of pregnancy loss, miscarriage and abortion. New York: WW Norton; 1998.
Spitz B, Keirse M, Vandermeulen A. Als je een prille zwangerschap verliest. Tielt: Lannoo; 2010.