“Drie jongens, die zullen wel druk en wild zijn”, krijg ik vaak te horen. Mijn jongens zijn inderdaad nogal luid en aanwezig. Stilzitten behoort absoluut niet tot hun talenten. “Dat zijn jongens hé”, wordt dan gezegd. Ja het zijn jongens en ja ze hebben energie voor tien. Maar ze zijn zoveel meer dan dat.
Toch worden jongens snel beschouwd als onruststoker of druktemaker. Onderzoek wijst uit dat jongens op school benadeeld worden tegenover meisjes (zie o.a. hier). Zo worden ze sneller berispt door de leerkracht vergeleken met meisjes die hetzelfde gedrag vertonen. De meesten doen dit niet bewust maar behandelen jongens strenger dan meisjes. Zo krijgen jongens te horen dat ze niet moeten huilen en krijgen ze zwaardere straffen. Dit zou ook één van de redenen zijn waarom jongens het minder goed doen op school. Als mama van drie zonen, vertel ik dan ook graag iets over mijn jongens.
Mijn zonen zijn, net als hun papa, ontzettend zorgzaam. Ze dragen zorg voor elkaar, troosten elkaar, zijn verdrietig als ze zien dat iemand anders verdriet heeft. Ze zijn ondanks hun luidruchtige uitspattingen, heel lief en zachtaardig. Ze zijn aanhankelijk en geven de allerbeste knuffels.
Mijn zonen zijn gek op dinosauriërs, maar spelen even goed graag ‘mama en baby’ in de poppenhoek. Zo was de oudste onlangs borstvoeding aan het drinken bij zijn broer, want hij speelde baby, de middelste was mama en de jongste moest de papa zijn. In deze zorgrol leven ze zich even goed uit als met de auto’s. Of de oudste maakte op school met kralen een ketting, die hij fier draagt als hij zich wil mooi maken. Dit maakt hen niet meer of minder jongens.
Dus misschien moeten we proberen om jongens niet altijd te reduceren tot enkel wildebrassen die graag met de bal en auto’s spelen. Kusjes en knuffels geven vinden ze hier alvast geweldig. Als ze huilen, moeten ze zich niet ‘vermannen’ maar willen ze gewiegd en getroost worden.
Mijn jongens zijn wild en ze zijn druk. Maar bovenal zijn ze zacht.