30 dingen die je kleuter gedaan moet hebben voor hij naar de lagere school gaat

Dus: 30 dingen die je kind tegen dan gerust eens gedaan mag hebben. Geen stress als het niet allemaal lukt, maar hoe minder drama rond jasritsen, wc-bezoeken en koekjes, hoe groter de kans dat jullie allebei op dag 1 nog ademhalen.

1. Zelf z’n jas aantrekken. Of er tenminste niet krijsend op gaan liggen als jij het probeert.
2. Weten waar de armen moeten in een trui. Links in de hals is meestal niet ideaal.
3. Iets in z’n eentje vragen aan een andere volwassene. Zoals “mag ik een koekje” of “waar is het toilet” of “mijn mama is kwijt”.
4. Een volledige boterham eten zonder dat je de korsten uit je ziel moet peuteren.
5. Op een potje/plasbril/boom kunnen plassen zonder 87 waarschuwingen.
6. Z’n schoenen aan doen. Inclusief veters strikken. Of tenminste geen crocs met sokken in december.
7. Z’n eigen naam herkennen. En als hij denkt dat hij Jip en Janneke heet: ook goed.
8. Iets kunnen opruimen. Bijvoorbeeld één (1) blok na een halfuur onderhandelen.
9. Even stilzitten. Eventjes. 3 minuten telt ook.
10. Iets tekenen wat geen moorddadige krab is. (Of juist wel: fantasie is top.)
11. “Nee” durven zeggen. Tegen jou. Tegen de juf. Tegen peer pressure uiteraard.
12. “Ja” durven zeggen. Tegen nieuwe dingen. Of tegen spruitjes, als het even kan.
13. Eens een hele dag weg van mama/papa geweest zijn. Zonder gps-tracker op het lijf geplakt.
14. Een ruzie opgelost zonder bijten. (Slaan is al een mooie stap vooruit.)
15. Een boekje “lezen” en er een compleet verzonnen verhaal bij verzinnen.
16. Geprobeerd hebben om zelf een rits dicht te doen. Bonuspunten als het de zijne was.
17. Water kunnen drinken zonder er nadien als een verzopen kipje uit te zien.
18. Zich minstens één keer volledig in de juiste volgorde aangekleed hebben. En nee, pyjama's tellen niet.
19. Iets durven proberen wat een beetje spannend was. Zoals op een springkasteel. Of broccoli.
20. Zelf een koek openkrijgen (voor alle duidelijkheid: op een manier dat de koek niet op de grond ligt).
21. Iets gemaakt hebben met lijm en glitters en daar trots op zijn (en jij dus ook, al is het een druipende glitterklont).
22. Korte zinnen maken zoals “ik ben boos” in plaats van gewoon krijsen.
23. Iets kapotgemaakt hebben en daarna “oeps” gezegd (leren verantwoordelijkheid nemen, jawel).
24. Geprobeerd hebben met een échte schaar te knippen. Al was het in jouw nieuwe tijdschrift.
25. Weten dat je op je beurt moet wachten. Theoretisch dan.
26. Eens een boterhamdoos open gekregen hebben. Bonuspunten voor kiddo’s die al zelf een boterham kunnen beleggen/smeren.
27. Zijn/haar/zijn knuffel een hele dag thuis gelaten zonder therapie nodig te hebben.
28. Geslapen hebben bij oma of opa of de buren. Een hele nacht. 
29. Iets gekocht met een echte euro. En niet in ruil voor een steen of een tak.
30. Keihard in de regen gespeeld, modder gevoeld tussen z’n tenen, een plakker gehad, een traan laten rollen, en zich toen een superheld gevoeld.

Zo. Dertig dingen die misschien gebeurd zijn, of misschien ook niet. En dat is helemaal prima. Geen enkel kind heeft een checklist nodig om klaar te zijn voor het eerste leerjaar.
Ze hebben liefde nodig. Een beetje geduld. En misschien een drinkfles die niet lekt.
Succes, ouders – jullie doen het (ongeveer) geweldig!