peuter

Vraag / Antwoord: Ons zoontje wil niet meer in zijn eigen bed slapen

4/10/2022

VRAAG: ‘Wij zitten thuis met de handen in het haar. Ons zoontje van bijna 3.5 wil al een tijdje niet in zijn eigen bed slapen. Hij kruipt in het midden van de nacht telkens bij ons, ook al leggen we hem terug in zijn bed. In november wordt zijn broertje geboren en binnenkort verhuizen wij (mama en papa) naar zolder waar onze slaapkamer komt. Sinds we deze afwerken, is het probleem begonnen. Hebben jullie soms tips of hulpmiddelen?’ 

Het antwoord van kinderpsychologe Liesbeth Desmet 

Laten we even de ‘ijsberg bril’ opzetten, waarbij we aan de hand van de ijsbergmetafoor het zichtbare gedrag van jullie zoontje (nl. het telkens weer bij jullie in bed kruipen) zien als het topje van de ijsberg boven het wateroppervlak. Welke mogelijke gevoelens liggen onder het water – welke mogelijke gevoelens en onderliggende behoeften kunnen er spelen bij jullie kleuter die dit gedrag zouden kunnen verklaren? 

Hierbij is het belangrijk om rekening te houden met zijn ontwikkeling en de gebeurtenissen die er momenteel spelen in zijn (veilige) omgeving. Kleine kinderen hebben nog weinig taal voor hun emoties en gaan deze uiten in hun gedrag. Het is onze taak als opvoeders om onze detectivebril op te zetten en te speuren naar de onderliggende oorzaak, pas dan kunnen we efficiënt reageren op het gedrag. 

Jullie geven aan dat het ‘probleem’ van het telkens weer bij jullie in bed kruipen begonnen is toen jullie de zolder, die binnenkort jullie slaapkamer zal worden, zijn beginnen afwerken. In het kleuterhoofdje van jullie zoontje kan het best wel spannend - of zelfs eng - zijn dat mama en papa plots naar een verdieping hoger verhuizen. Mogelijks is hij bang voor de afstand tussen jullie, bang om in de steek gelaten te worden. 

Ouders kennen de typische scheidingsangst of verlatingsangst die optreedt bij baby’s vanaf ongeveer een half jaar oud; bij peuters en kleuters is deze verlatingsangst doorgaans minder maar in periodes van verandering/spannende gebeurtenissen kan deze ook nog op de leeftijd van 3,5 jaar de kop op steken. Het verschil met de verlatingsangst bij baby’s is dat jullie zoontje intussen wel weet dat jullie niet in rook opgegaan zijn als jullie op zolder liggen, maar de spanning voor deze toekomstige afstand kan hem angstig maken. 

Binnenkort komt er ook een broertje bij in jullie gezin, wat een aankomende verandering betekent en dus ook spanning en angst kan betekenen voor jullie oudste zoontje.

Verbinding is een grote basisbehoefte van kleuters; het bij jullie in bed kruipen is een uiting van het zoeken naar deze verbinding, die hij in deze spannende periode extra nodig heeft.

Hoe kunnen jullie jullie zoontje hierbij helpen, zodat jullie vermoeidheid ook wat minder wordt? 

  1. Om te beginnen is het belangrijk om te begrijpen dat jullie zoontje verbinding zoekt met jullie - de personen die hem het meest veilige gevoel ter wereld geven - om zijn gevoelens van angst en spanning te verminderen. De gevoelens van onze kinderen moeten we altijd serieus nemen en erkennen. Het kan zijn dat onze speurneus het ook niet altijd zo goed weet en we zijn als ouders ook geen helderzienden, dus kan je samen met hem zoeken. “Ben je bang dat we ineens verdwijnen als we op zolder gaan slapen? Dat begrijp ik, dat is ook plots een verdieping boven jou. En dan binnenkort een kleine broer erbij; da’s ineens veel he.” Erkenning geeft rust en een gevoel van verbondenheid bij kinderen; “oef, mama en papa begrijpen mij.”
  2. Geef voldoende uitleg aan jullie zoontje zodat hij voldoende (correcte) informatie heeft om niet meer of in mindere mate in de angstmodus te schieten. Kleuters hebben nood aan deze info - op hun niveau - want de hiaten in hun kennis (die hun vertrouwen moet geven in de situatie) gaan ze anders opvullen met fantasie waaruit ideeën kunnen ontstaan die helemaal verkeerd en zelfs beangstigend kunnen zijn. Om dus te voorkomen dat jullie zoontje bv. gaat denken dat jullie naar de zolder verhuizen omdat jullie hem niet meer graag zien (= een mogelijke fantasie van kleuters, die zo op zoek zijn naar verbinding) kunnen jullie hem rustig uitleggen waarom jullie dat doen, wanneer dit klaar zal zijn … en ook heel belangrijk: hoe hij tot bij jullie zal kunnen komen (komt er bv een trap,..).  
    Informeer hem - in de mate van het mogelijke - ook over de toekomstige baby; wanneer wordt hij geboren, waar zal hij slapen en waarom … Verzeker jullie zoontje dat er nog momentjes zullen zijn waarop jullie iets samen zullen doen zonder de baby en brainstorm samen al eens over wat dit zou kunnen zijn (bv. samen met de legoblokken spelen, het verhaaltje voor het slapengaan zal gewoon blijven …), dit kan ook helpen om zijn ‘angstaanvallen naar verbinding’ (dus blijvend bij jullie in bed kruipen) wat te verminderen.
  3. Samen slapen met kinderen (ook op oudere leeftijd) is op zich geen probleem en kan net goed zijn voor hun hechting, gevoel van verbinding/veiligheid en emotionele ontwikkeling. Het is hierbij wel belangrijk om te kijken naar ieders slaapkwaliteit; als jullie als ouders het gevoel hebben dat jullie net vermoeid worden van het samen slapen omdat jullie zelf minder goed slapen hierdoor, dan kan het een goed idee zijn om dit wat af te bouwen. Een vermoeide ouder is immers ook geen fijne ouder voor zijn/haar kind. Jullie zoontje meteen weer in zijn eigen bed leggen is een grote, plotse overgang van ‘veel verbinding’ naar ‘geen verbinding meer’. Daarom kan het geleidelijk afbouwen in tussenstappen een oplossing zijn. 
    Stapjes kunnen bijvoorbeeld zijn: hem terug in bed leggen (om hem te leren dat het daar ook veilig is) maar er even blijven bijliggen in bed, als dat lukt kan je even bij hem blijven liggen op een matras op de grond in zijn kamer, daarna kan de matras verplaatst worden naar de gang waar je als ouder dan (tijdelijk) ligt, om daarna nog een stapje verder te gaan met ieder in z’n eigen bed maar wel de deur van ieders slaapkamer open. In plaats van jullie als ouders op de matras kan dit afbouwplan ook geïnstalleerd worden met hem op de aparte matras. Een kant-en-klaar stappenplan hiervoor is er niet, bekijk welke stappen jullie zelf haalbaar vinden. Belangrijk is wel om elke stap in de gewenste richting (hoe klein ook) positief in de verf te zetten en niet boos te zijn als het eens niet lukt of de vooropgestelde stap te groot blijkt te zijn.
  4. Ten slotte: betrek jouw zoontje in het omgaan met de nieuwe situatie en de gebeurtenissen. Bedenkt bijvoorbeeld samen wat mogelijke tussenstappen kunnen zijn in het afbouwen van het samenslapen, welke veiligheidselementen hem hierin zouden kunnen helpen (bv. een doekje met parfum van mama of papa, een foto aan zijn bed …), wat hij allemaal kan doen als grote broer wanneer de baby er is … Naast het opzoeken van verbinding is autonomie - het zelf doen - ook een belangrijke ontwikkelingsbehoefte van peuters en kleuters. Door samen na te denken stimuleer je zijn autonomie én ook de kans op slagen. Want ‘wat we zelf doen, doen we beter’ :-). 

Succes!

Vele groetjes,
Liesbeth