Ik ben Gina, 55 jaar, en trotse eigenares van een kleine, gezellige pizzeria. Al jaren run ik deze zaak samen met mijn man. En als je net als wij al decennialang in de horeca werkt, dan zie je het gedrag van klanten veranderen. Soms ten goede, maar eerlijk is eerlijk: de laatste jaren vooral… niet. Het valt me op dat een groeiende groep ouders hun kinderen nergens nog grenzen oplegt. En dat komt – je raadt het al – vaak in volle glorie tot uiting in een restaurant. Kinderen die met tablets op vol volume zitten, ouders die vinden dat hun kind ‘nu eenmaal zo is’ en dat de rest van de wereld zich daaraan moet aanpassen.
In onze zaak hebben we daarom een paar duidelijke, eenvoudige huisregels. Geen geluid via speaker: dus geen TikTok-geluidjes, geen YouTube op volume 10, geen telefoongesprekken op luidspreker. Niet om flauw te doen – gewoon om het voor iedereen aangenaam te houden.
Het voorval
Een paar weken geleden kwam een vrouw binnen met haar 9-jarige zoon. De jongen zat met een tablet én een telefoon te spelen, beide met geluid aan. Cartoon op de ene, TikTok op de andere. Ik wandelde vriendelijk naar hun tafel, legde onze regel uit en vroeg of ze het geluid wilde uitzetten of oortjes kon gebruiken. De moeder zei kortaf dat haar zoon ADHD en autisme heeft, en dat hij die schermen met geluid nodig heeft om rustig te blijven. Toen ik voorzichtig suggereerde om dan misschien oortjes te gebruiken, zei ze: ‘Hij houdt daar niet van.’
Tien minuten later stond ik in de keuken toen ik luid gebonk hoorde. Toen ik ging kijken, zag ik de jongen woedend met zijn vuisten op de tafel slaan. Zijn moeder zat erbij en deed… niets. Ik vroeg of ze hem even tot rust kon brengen, maar ze zei dat dit ‘normaal gedrag’ was voor hem als hij zijn tablet niet mocht gebruiken.
Het escaleerde snel. De jongen begon rond te rennen, tegen stoelen en tafels te schoppen, dingen om te gooien. Andere klanten keken ongemakkelijk toe. Eén iemand riep zelfs: ‘Hou je kind onder controle, of ik ga me ermee moeien!’ De moeder reageerde met een soort ingestudeerde toespraak over hoe kinderen met autisme ook gewoon in de samenleving mogen meedraaien. En dat klopt helemaal – alleen niet ten koste van anderen.
Ik zei haar rustig maar duidelijk dat ze haar zoon tot rust moest brengen, of dat ze de zaak moest verlaten. Ze werd woedend en riep dat ik discrimineerde en dat ze me zou aangeven. Mijn man kwam erbij, pakte hun eten in een doggybag en zei eenvoudig: ‘Ga alsjeblieft gewoon weg.’ Ze keek verbijsterd en zei: ‘Kinderen hoeven toch niet stil te zitten? De wereld moet leren omgaan met mensen die anders zijn.’
Wat ik écht denk
Begrijp me niet verkeerd: ik hou van kinderen. Mijn man en ik hebben er vijf grootgebracht, waaronder eentje met speciale noden. Dus geloof me als ik zeg dat ik weet hoe uitdagend het kan zijn. Maar dat verandert niets aan dit ene punt: autisme is geen vrijkaart voor storend gedrag. En dat zeg ik met alle liefde en respect. Want ook andere klanten – inclusief kinderen – hebben recht op een rustige, veilige ervaring.
Als je weet dat je kind oprecht moeite heeft met prikkels, lang stilzitten of veranderingen, dan is het toch niet onredelijk om even te overwegen of een restaurant op dat moment de juiste plek is? En als je dan toch beslist om te gaan, mag je dan misschien ook wat verantwoordelijkheid nemen voor het gedrag van je kind?
Het gaat me niet om labels. Het gaat me om grenzen. Om opvoeding. Om wederzijds respect. En nee, dat maakt mij geen heks van een restauranthoudster. Dat maakt me een mens die gelooft dat begrip altijd twee kanten op gaat.
Liefde is grenzen stellen
Iedereen verdient een plekje aan tafel, ook kinderen met extra noden. Maar dat betekent niet dat alle gedrag zomaar oké is. Ouders mogen gerust opkomen voor hun kind, maar dat betekent niet dat ze alle verantwoordelijkheid mogen doorschuiven naar de omgeving. Soms is liefde ook grenzen stellen. Zelfs met een pizza in de oven.
BRON: Reddit