3 jongens en hond lopen in de tuin

5 rare dingen die mensen durven zeggen tegen boysmoms

29/04/2025

Een jongen en een meisje, dé koningsdroom die veel mama’s delen. Wel, ik niet. Nooit gehad. Als ik de keuze had gekregen, zou ik ook enkel voor jongens kiezen. Maar dat vindt de rest van de wereld blijkbaar maar niks, aan de rare reacties van sommige mensen te horen. Hier is een kleine greep uit het aanbod dat ik door de jaren heen verzameld heb. 

‘Hopelijk is het deze keer wel een meisje, hè!’

Echt gebeurd, I kid you not! Daar stond ik dan aan de kassa met mijn twee jongens, tijdens een van mijn laatste boodschapjes vlak voor de geboorte van onze derde. Helemaal perplex, omdat een wildvreemde kassierster vond dat er bij mijn gezin wel een meisje hoorde. Toen ik haar antwoordde dat ook nummer 3 een jongen was, zag ik het medelijden in haar ogen. ‘Oei, sorry!’ Wat oei? En sorry? Waarvoor? Ik voelde meteen de drang om mij te verdedigen, te zeggen dat ik drie jongens helemaal prima vond, wat ook in werkelijkheid zo was. Maar dat was niet genoeg om die trieste blik uit haar ogen weg te vagen. ‘Ik hoop vooral dat ie gewoon gezond is, mevrouw.’ Dag en bedankt!


‘Ga je nog door tot er een meisje komt?’

Kort en bondig: nope! Ik geef toe dat ik nog heb nagedacht over een vierde kindje, maar het liefst had ik dan nog een vierde jongen gehad. – Gelukkig was mijn man op dat moment slimmer dan ik en stemde hij tegen! – Dan konden ze fijn twee tegen twee voetballen! Niets zo handig als vier exemplaren van hetzelfde geslacht die elkaars kleren kunnen afdragen en met hetzelfde speelgoed spelen. Stel je voor dat we ook nog ruimte zouden moeten vrijmaken voor een resem barbiespullen, een joekel van een poppenhuis en een lading roze meubeltjes! Oh help! 


‘Jammer dat er bij jullie geen meisje rondloopt!’

Euh, nee! Als er hier nog een meisje zou rondlopen, dan zou ze ongetwijfeld een chefferig Mega-Mindy-type zijn. En als er één ding is waar ik niet tegen kan… dan zijn het kleine chefs met veel noten op hun zang. ‘Die doet dit en die zegt dat en dat vind ik niet leuk!’ Nee, dank u, ik ook niet. 


‘Zo jammer dat je altijd naar de voetbal moet gaan kijken!’

Ten eerste –’t is Alberto! (sorry, die moest er even uit) – ik moet just NIKS! Als ik elke week aan de zijlijn sta, is dat mijn eigen keuze. Niemand verwacht dat, maar ik ben er omdat ik dat graag doe.

Ten tweede is dat best gezellig. Ik zie de andere voetbalmama’s vaker dan mijn beste vriendinnen. We delen dezelfde kleine gelukjes en frustraties, al naargelang de prestaties op het veld/het uur van vertrek/de duur van een tornooi/… Dat schept ook een band.

En ten derde is er rond het voetbalplein geen enkel huishoudelijk klusje te bespeuren: er is geen was, niets om te poetsen, geen onkruid om te plukken – Of toch wel, maar niet door mij, ha! – en geen enkele andere verplichting. Zó relaxed! Dus driewerf hoera voor een driedubbele portie voetbal.

By the way: ik snap toch niks van ballet of moderne dans, dus daar ben ik met drie voetballers toch maar mooi aan ontsnapt!


‘Ocharme, ben jij het enige meisje in huis?’

Yes, and I like it! Zelfs de hond is een mannetje. Zo blij dat ik ’s morgensvroeg geen vlechtjes moet maken of geen lange haren moet ontwarren. Ik stop al niet teveel moeite in mijn eigen kapsel, dus zie ik mezelf echt niet vroeger opstaan om een klein prinsesje ten dienste te zijn. Beetje wassen, tanden poetsen, hoogstens eens snel met de kam door die jongensharen, en ju! Daar is helemaal niks ocharme aan!