papa

Ik voel rancune tegenover mijn vrouw omdat ze de zwangerschap niet heeft afgebroken

18/12/2025

Voordat mijn vrouw en ik aan kinderen begonnen, hadden we een heel duidelijke overeenkomst: als er tijdens de zwangerschap ernstige afwijkingen geconstateerd werden, zouden we de zwangerschap afbreken. We hadden daar veel en lange gesprekken over gehad, dus ik dacht dat we op één lijn zaten. Ik weet wel dat er ook na de geboorte nog dingen kunnen foutlopen en dat je dan moet omgaan met wat er op je pad komt, maar we waren het erover eens: als we onszelf én ons kindje ernstige, levenslange complicaties en een moeilijker pad konden besparen, dan zouden we dat doen. 

Toen mijn vrouw effectief zwanger was, kregen we bij de echo op 20 weken te horen dat ons kindje een ernstige vorm van omfalocèle had in combinatie met hartproblemen. Het was verschrikkelijk. Ik dacht dat we al beslist hadden wat we zouden doen – maar plots wilde mijn vrouw dat niet meer. Ze kwam terug op wat we hadden afgesproken en ik had het gevoel dat ik totaal geen inspraak had. Ze zei me dat ze niet kon doorgaan met een zwangerschapsafbreking, en dat was dat.

Ons zoontje werd 9 weken te vroeg geboren. Hij moest maanden op de NICU (Neonatale Intensive Care Unit) verblijven. De ene operatie na de andere, sondevoeding, voortdurend op en af naar het ziekenhuis, steeds weer complicaties, … Dat is hoe ons leven er nu uitziet. 

Ons zoontje is nu bijna twee. En onze wereld bestaat nog altijd uit medische crisissen, afspraken en veel onzekerheden. Ik vind het vreselijk om toe te geven, maar ik haat het. En ik merk dat ik me rancuneus voel t.o.v. mijn vrouw. Ik haat het idee dat we zijn en ons lijden hadden kunnen vermijden, en dat we dat niet hebben gedaan. Ik wou dat ze de zwangerschap had afgebroken zodat we opnieuw konden proberen voor een gezond kindje, want nu leef ik in een hel. Mijn leven draait compleet rond de uitgebreide medische zorgen van mijn zoontje. 

En ik haat het dat mijn vrouw haar volledige persoonlijkheid heeft opgebouwd rond “mama van een omfalocèle-strijder”. Ze praat over de aandoening van onze zoon alsof het een soort van medaille is. Ze post er voortdurend over, en het lijkt wel alsof ze geniet van de aandacht. Ik weet dat mensen op verschillende manieren omgaan met moeilijkheden, maar ik krijg echt het gevoel dat ze floreert dankzij alle aandacht, medeleven en lof die ze krijgt van andere ouders en online communities. 

En ondertussen kan ik mezelf nauwelijks staande houden. Het lijkt alsof we in dezelfde situatie leven, maar dat zij er emotionele bevestiging uit haalt, terwijl ik erdoor verpletterd word. Dat geeft me nog meer een geïsoleerd en kwaad gevoel, omdat het voelt alsof zij hier iets mee “wint”, terwijl ik alleen maar kan rouwen om het leven dat we verloren hebben. 

Soms wou ik dat ik gewoon kon vertrekken en opnieuw kon beginnen. Ik heb het gevoel dat mijn leven ontspoord is door een beslissing die ik niet eens zelf heb genomen. En ik haat dat gevoel. Ik haat de wrok. Ik haat het dat dit is wat het ouderschap voor mij is geworden. 

Ik weet niet waar ik naar op zoek ben. Misschien moet ik het gewoon eens kwijt kunnen. Maar ik heb het gevoel dat deze beslissing, haar beslissing, het leven heeft verwoest dat we verondersteld waren te hebben. En ik weet niet of en hoe ik ooit kan stoppen met me ellendig en verbitterd te voelen … 

 

Bron: Reddit