Vaste voeding: 5 mythes doorbroken
1. 'Stukjes eten is gevaarlijk'
Uit studies blijkt dat kinderen die stukjes krijgen niet meer risico lopen op verslikken of verstikken dan kinderen die papjes krijgen. Wat wél opvallend is, is dat kindjes die met de stukjesmethode worden gevoed vaker verslikken/verstikken rond zes maanden, en kindjes die papjes krijgen meer rond acht maanden. De hoeveelheid verslikken of verstikken verschilt dus niet, wel het moment waarop dit zich het meest manifesteert.
Het is uiteraard wel belangrijk om de stukjes goed voor te bereiden zoals het snijden van ronde gladde fruitsoorten zoals kersen en druiven of het gaarkoken van harde groenten zoals wortel.
2. 'Als je kind alleen stukjes eet, krijgt het onvoldoende voedingsstoffen binnen'
Deze hoorden we recent nog. Kindjes die enkel stukjes eten, zouden niet genoeg voedingsstoffen opnemen. Dat is als ouder of verzorgende heel eng om te horen als je voor de stukjesmethode kiest. De eerste weken na de start met vaste voeding zul je inderdaad zien dat je kindje nog niet zo veel daadwerkelijk eet en dus nog niet alle voedingsstoffen uit het vast voedsel zal halen.
Melkvoeding blijft daarom heel belangrijk. Toch krijgen ze ook door te knabbelen en te sabbelen al heel wat waardevolle voedingsstoffen binnen. Bovendien is dit maar heel tijdelijk. Je zult zien dat ze op korte tijd wel weten wat ze met het voedsel moeten doen en dus ook meer daadwerkelijk zullen eten. In de literatuur zijn geen verschillen aantoonbaar in opname van voedingsstoffen tussen de verschillende methodes.
3. 'Je kindje heeft rood vlees nodig'
Onder rood vlees verstaat men runds-, varkens-, schapen- en geitenvlees. Met wit vlees wordt kip en gevogelte bedoeld. De WHO heeft rood vlees als ‘waarschijnlijk carcinogeen’ geclassificeerd. Dat wil zeggen dat er heel wat onderzoeken zijn die aantonen dat er een verband is tussen een hoge consumptie van rood vlees en (darm)kanker, maar dat bewijs is vooralsnog redelijk beperkt (er werd bijvoorbeeld nog weinig rekening gehouden met andere beïnvloedende factoren). Bovendien bevat rood vlees veel verzadigde vetten en heeft de productie ervan een grote impact op het milieu. Bewerkt vlees (hotdog, worst, boterhambeleg…) werd wel al officieel als kankerverwekkend bestempeld en is daarom steeds af te raden. In de voedingsdriehoek vind je rood vlees in de donkeroranje zone, we eten er bij voorkeur minder van en je kindje dus ook. Rood vlees is weliswaar een leverancier van ijzer, maar je kunt dit ook perfect compenseren met andere voedingsmiddelen. Je kindje heeft dus geen rood vlees nodig als je voldoende ijzerrijke voedingsmiddelen aanbiedt. Geef je toch graag eens een stukje rood vlees, doe dit dan eerder bij uitzondering en kies voor vers en mager vlees van goede kwaliteit.
4. 'Je kindje kan best al gestart zijn met vaste voeding voor het naar de opvang gaat'
Het is begrijpelijk en zeker aangeraden dat je zelf de vaste voeding thuis wilt opstarten. Toch is dit geen reden om eerder te starten.
Tip: je kunt de opvang vragen om overdag volledig melkvoeding te geven, dan kunnen jullie thuis samen rustig starten, bijvoorbeeld in het weekend, bij het ontbijt en avondmaal of enkel bij het avondmaal.
5. 'Een baby heeft tanden nodig om stukjes vaste voeding te kunnen eten'
De leeftijd waarop kinderen tandjes krijgen is heel individueel. Meestal verschijnt de eerste melktand rond de leeftijd van zes maanden. Maar dit kan ook vroeger of later zijn. Sommige kindjes krijgen hun eerste tandje pas rond de leeftijd van één jaar. Het is heerlijk om te zien hoe de eerste tandjes doorkomen. Je kindje ziet er opeens compleet anders uit.
Tanden kunnen het doorbijten van stukjes vergemakkelijken, toch zijn ze niet noodzakelijk om stukjes te eten. Bij het starten van vaste voeding in stukjes is het de bedoeling dat je voeding geeft die pletbaar is tussen duim en wijsvinger. Hierdoor kan je kindje dit dus ook met zijn tong tegen zijn gehemelte pletten of stuk zuigen. Tandjes zijn dus handig om stukjes te eten, maar geen vereiste. Je zult versteld staan hoeveel je kindje al kan met voeding zelfs zonder tandjes!
Meer lezen?
Je kindje vaste voeding leren eten, is een hele uitdaging. Weer een nieuwe fase in de ontwikkeling van je baby. Dit gaat vaak gepaard met veel vragen. Wanneer begin ik met vaste voeding? Kiezen we voor papjes of stukjes? Wat is de zogenaamde ‘Rapley-methode’? Wat met vaste voeding als je kindje naar de (kinder)opvang gaat?
In 'Van melk naar meer' vind je een antwoord op al je grote en kleine vragen over vaste voeding in het eerste levensjaar. Dit boek is bedoeld om je vol zelfvertrouwen je eigen keuzes te helpen maken. Met het voedingspaspoort kan je deze keuzes makkelijk doorgeven aan anderen die voor je kindje zorgen. Kortom, dit boek ondersteunt je om je kindje van de wereld te laten proeven en een goede basis te leggen voor levenslange gezonde eetgewoonten.