12 zaken die enkel mama’s van jongens weten

1.   No drama

Je hebt het goed gelezen. Geen drama queens en geen eindeloze huilbuien. Jongens snikken ook wel na een heuse valpartij of als ze in de hoek moeten gaan staan, maar het is meteen weer vergeten. Een kus. Een knuffel. En hopla, ze lachen weer en rollen over de vloer, alsof er niets gebeurd is. Geen lange gezichtjes meer aan tafel. Dat blijft ook later zo: een flinke knokpartij is een uur later alweer vergeten, bij een frisse pint in de kroeg. Opnieuw beste maatjes? Dat kan!

2.   Trots op hun spieren

De spierbundels zullen te pas en te onpas worden getoond. “Mama, kijk eens hoe sterk ik wel ben!”. Of “Kijk, mama, ik kan zelf mijn jas dichtdoen, want ik ben sterk hé!”. En heel af en toe zal je zelfs versteld staan, hoe krachtig dat kleine ventje ook écht is. Draagt hij die zware zak nu echt? Duwt hij werkelijk die zware kruiwagen voort?

3.   Je leert gevaarlijke situaties te relativeren … soms toch

Een dagje in de speeltuin is ongetwijfeld anders met jongens dan met meisjes. Want boys will be boys. Het mag er allemaal best wat sneller, wilder en gevaarlijker aan toegaan. In het begin zal je hart nog snel stilstaan (of juist harder slaan!), terwijl je roept dat hij voorzichtig moet zijn. Maar je geeft het gauw op en knijpt een oogje toe. Want ineenkrimpen van schrik heeft geen zin. Hij doet toch zijn zin. Je boefje weet exact welk speeltuig voor zijn leeftijd wordt aangeraden, maar daar heeft-ie lak aan. De klimrekken voor de oudere jongens zijn immers véél interessanter!

4.   Lawaai!

We moeten er geen tekeningetje bij maken! Jongens maken lawaai. Punt. En geluidloos speelgoed? Dat kennen speelgoedfabrikanten blijkbaar niet. Hoe meer geluid, hoe populairder de toys. Want een zwaard, een kraan, brandweerwagen of pistool … moet je kunnen horen! Als jongensmama weet je drommels goed hoe het klinkt als de koffer van de autootjes wordt leeggegooid of de box met Playmobil® wordt uitgekieperd.

5.   Je wordt de beste reparateur!

Bij spelen hoort (helaas) ook kapotmaken. En bij wie klopt je zoon aan? Precies: bij jou! In een mum van tijd ontpop jij je tot de beste reparateur. Graafmachines, bromfietsen, autowielen, aanhangwagens, … je kan ze allemaal herstellen. Soms zit je ook met je handen in je haar, maar dan is er altijd nog paps.

6.   Wild, wilder, wildst!

Stoeien, rollebollen, vechten, springen, duiken, tackelen, ravotten. Het hoort er allemaal bij. Jongens hebben een uitlaatklep nodig. Je schrikt niet meer als hij plots in je nek springt of ligt te worstelen met papa of broer.

7.   Builen en blauwe plekken

Ja, wie graag dolt, valt ook … vaak. Hoewel je je stoere jongen het liefst van al wil behoeden voor valpartijen en beschermen tegen de pijn, leer je er vrede mee te nemen. Blauwe plekken en builen zijn dagelijkse kost. Niet alleen thuis, maar ook in de kinderopvang of op school. Zalfje smeren. Kusje erop. Toverspreuk. En klaar! Jouw bink kan er weer helemaal tegenaan!

8.   Soms ben je ook maar een klein, bang meisje

Ja jaaaa, je weet het allemaal best. Jongens hebben energie teveel. Elk spiertje in hun lichaam willen ze ten volle benutten. Maar soms, heel soms, ben je toch ook een beetje ongerust. Wil hij echt graag gaan boksen? Moet dat nou? Zou hij niet beter kiezen voor voetbal of zwemmen?

9.   Doe mij maar een boxershort!

Niets zo leuk als jouw bengel in een pak steken, liefst met een das! Of een hip hemdje op een stoere jeans. Dat vindt hij ook allemaal best! Maar zodra de voordeur sluit, mogen die dingen zo snel mogelijk uit! Dan gaat er niets boven die joggingbroek of boxershort. Net zoals bij papa …

10. Roze auto of barbiepop

Je loopt een speelgoedwinkel binnen of je haalt je peuter op in de speelzaal en je ziet hem naar die roze auto lopen. Of hij heeft een barbiepop in zijn handen. Heel even. Echt, héél even, denk je “Really?”. Je weet niet of je het moet goed- of afkeuren. Helemaal niks mis mee natuurlijk! Maar we betrappen onszelf soms op die gedachte. Het is gewoon sterker dan onszelf.

11. Kijken naar de dames

Dit had je wellicht nooit verwacht, maar hoe klein jouw ventje ook nog is. Kijken doet-ie! Naar de mooie dames, onder de rokjes, in de paskamers, … Jong geleerd … Maar wat is er nu schattiger dan een peuterjongen die zich met een ruk omdraait om naar die prachtige meid te kijken. Of een kleuter te horen zeggen hoe knap hij die dame aan de kassa wel vindt. Wedden dat haar dag niet meer stuk kan?

12. Trouwen met mama!

Ongetwijfeld het mooiste herkenningspunt. Daarom staat ‘t als laatste. Want het klinkt misschien cliché, maar het is écht zo. Jongens zijn stapel op hun mama’s! Jongensmama’s weten het maar al te goed. Je wordt overstelpt met kussen en knuffels. Je bent voor hen de mooiste en dat zeggen ze ook. Ze worden verliefd op jou en willen enkel met mama trouwen. Ze aaien je haar en klimmen enkel bij jou op schoot als ze zich pijn hebben gedaan. En geef toe … ook 30 jaar later komen ze graag nog bij mams aankloppen voor de was, een recept of gewoon voor een troostend woord ;).

Zodra je die heftige schoppen van je lieve knul in je buik voelde, wist je het al: dat knaapje zal veel toeren uithalen. Maar je zal hem verdomme graag zien.