Hoe kies ik een wandelwagen?

De ideale wandelwagen: 6 tips

Stel jezelf de volgende 6 vragen en je hebt in geen tijd de wandelwagen gekozen die jou en je baby op het lijf geschreven is.

1. Hoe vaak ga ik wandelen? En waar? Struin je graag door de stad in of wandel je vaak op drukbegane voetpaden? Schrik je er niet van terug om met je baby het openbaar vervoer te nemen? Dan is een stadswandelwagen met 4 (kleine) wielen jouw bondgenoot. Ben je eerder het avontuurlijke type en en houd je van een stevige wandeling op niet-verharde plattelandswegen of in het bos? Dan is een outdoor wandelwagen eerder iets voor jou. Als je zowel in de stad als op platteland gaat wandelen, ben je het beste af met een hybride wandelwagen.
2. Heb ik een ruime koffer in de auto? Die wandelwagen gaat vaak mee op verplaatsing en moet dus met andere woorden (opgeplooid) in de koffer van je auto passen. Zorg ervoor dat je de afmetingen van die kofferbak goed kent als je een wandelwagen koopt, zodat je niet voor de onaangename verrassing komt te staan dat hij er niet ingaat. De afmetingen van de wandelwagen vind je altijd wel terug in een catalogus of webshop. En het dicht- en openvouwen kan je in de winkel altijd eens oefenen.
3. Wil ik de duwstang kunnen verstellen? Waarschijnlijk zijn jij en je partner niet even groot. Om allebei even comfortabel de wandelwagen te kunnen duwen, is een model met een verstelbare duwstang een handig gerief. Zo voel jij je niet plots klein duimpje als je overneemt of omgekeerd: hoeft je partner niet ongemakkelijk door de knieën te gaan.
4. Wil ik het zitje naar me toe kunnen draaien? Bij de meeste wandelwagens kan je het zitje van kijkrichting veranderen. Zo kan je bij het wandelen kiezen of je wegzwijmelt bij het zicht van je schattige baby of je kindje de wijde wereld ontdekt.
5. Heb ik een draagmand nodig? Wil je al vroeg op stap gaan met je kindje? Dat kan vrij snel na de geboorte, maar dan heb je wel een draagmand nodig. Pasgeboren baby’tjes moeten namelijk volledig vlak kunnen liggen (voor hun rugje).
6. Wil ik 2 kindjes kunnen meenemen? Heb je twee passagiertjes? Of plan je er snel nog eentje? Dan kan een duowandelwagen van pas komen. Je hoeft niet per se een meerlingenwagen te nemen. Er bestaan ook exemplaren die je in enkele stappen kan omtoveren tot een dubbele en heel eenvoudig terug naar een enkele wandelwagen.

Wat is het verschil tussen een wandelwagen en een buggy?

Op welke leeftijd is je kindje klaar voor een buggy? Neem als algemene regel dat je het best wacht tot je kindje zelfstandig kan zitten (vanaf 6-7 maanden). De ideale leeftijd om over te schakelen op een buggy is tussen 10 en 12 maanden. Je kan ermee door tot de leeftijd van 3-4 jaar.

En je wandelwagen dan? Geen nood, die kan zeker langer dan enkele maanden gebruiken. Alle wandelwagens groeien mee met je kindje. Het is dus niet altijd nodig om ook een plooibuggy te kopen. Voor lange uitstappen is de wandelwagen nog altijd het meest comfortabele.

Wat zijn de voordelen van een plooibuggy? Tja, een wandelwagen neemt natuurlijk wel wat plek in. Een buggy is veel lichter (tussen 5 en 9,5 kg) en compacter. Bovendien is het makkelijker om ermee te manoeuvreren. Het zitje kan je wel niet draaien, dus je kindje tuurt altijd naar de wereld rond zich.