Vader die zoontje verloor op reis schrijft pakkende brief
“Wij hebben vorige zomer op een brutale manier ons jongste zoontje van acht jaar verloren. Zomaar op reis door een slecht onderhouden jacuzzi. Van de hoogste graad van geluk naar de totale wanhoop op twee minuten tijd. De rit terug is langer. Veel langer. Over deze rit wil ik het vandaag hebben.
Dit is geen aanklacht tegen slecht onderhouden jacuzzi’s, geen sneer naar welke overheid dan ook, geen oproep om nog wat meer wetten te schrijven..… Het is een ode aan het leven en geschreven voor de grote groep van mensen die gelukkig wel gespaard blijven van dit soort drama’s.
Mensen die een kind verliezen zijn niet plots slimmer
Mensen die een kind verloren, zijn plots niet slimmer geworden. Zij doorgronden de wereld niet beter en analyseren Kant of Nietzscheniet beter dan voorheen. Allemaal hebben ze veel verdriet, ze zijn vaak verbitterd en kwaad, vaak verliezen ze hun vertrouwen in iets: hun partner, God en vaderland, het leven of erger nog de liefde…
Hebben zij dan meer recht op spreken? Voor één bepaald domein wel. Omdat zij, ik moet nu helaas wij schrijven, een unieke ervaring hebben meegemaakt die we moeten delen omdat wij als maatschappij moeten nadenken over hoe we in het leven moeten staan. Wat is belangrijk en wat niet? Hoe moeten we onze tijd indelen? Ouders van verkeersslachtoffers mogen niet de verkeerswetten herschrijven maar ze hebben wel het recht en zelfs de plicht om maatschappij en politiek te wijzen op het onmenselijke leed dat achter elk slachtoffer schuilt.
We leven met onze rug naar de dood
Vele zaken zijn vandaag aangenamer en eenvoudiger dan pakweg vijftig of honderd jaar geleden. We leven en waarschijnlijk ook sterven, comfortabeler dan vroeger. Een kind verliezen is echter een uitzondering op deze regel: onze maatschappij leeft nu met haar rug naar de dood, dergelijke drama’s waren vroeger frequenter dan vandaag, onze voorouders genoten van een naïeve religiositeit die troost en comfort bood en bovendien lieten de economische omstandigheden vaak weinig ruimte tot rouw en piekeren.
Met het speelgoed, de herinneringen en de foto's van een achtjarig kind kun je vandaag letterlijk een vrachtwagen vullen en op de meest onverwachte momenten en plaatsen springt hij dus terug in jouw gezicht. Vaak een lachende herinnering. Hoe harder hij toen lachte, hoe harder je nu weent. Het is zoals de boodschap bij financiële reclame: het geluk in het verleden is geen garantie voor het geluk in de toekomst.
Mon pauvre ami...
Hoe ga je hiermee om indien in dit in jouw directe omgeving gebeurt? De eerste reactie is er meestal één van ongeloof, verbijstering en verdriet maar vervolgens worden we weer praktisch: “Gaan ze nu nog mee op skivakantie”, “Hoe gaan we dit aan onze eigen kinderen vertellen” etc.. De mens reageert zoals hij geprogrammeerd is en bekijkt alles eerst vanuit zijn eigen standpunt. Vervolgens komt, laten we het maar toegeven, vaak een gevoel van opluchting en zelfs “blijdschap” met het besef dat het noodlot, zoals een Amerikaans precisiebombardement, net naast jou is ingeslagen en niet bij jou. En zo komen de gedachten automatisch bij de getroffen mensen.. “Ocharme…Wat kunnen we doen voor hen?” De reacties van onze Franstalige vrienden waren sprekend. “Mon pauvre ami…” vertolkt taalkundig perfect het gevoel. Je blijft achter met alle materiële zaken intact, maar toch voel je je bestolen en straatarm.
Bloemen, maaltijden en pistolets
Toen wij thuiskwamen vanop reis, was onze voordeur versierd onder de bloemen. Zeer emotioneel als je zo thuis komt vanuit je droomvakantie. Maar toch… dank u lieve buren! Onmiddellijk krijg je een gevoel van: “we staan niet alleen met ons lijden…” Medelijden is een gruwel maar in de etymologische zin zo mooi. De dagen nadien kwamen vrienden en buren ons eten brengen. Hoe primitief en absurd lijkt dit in een wereld van Deliveroo en kant en klare maaltijden! Nu kan ik alleen maar zeggen: “Doe het mensen, doe het!“
Als je na die eerste nacht thuis, met een hoofd vol verdriet, naar de bakker wil stappen en je ziet voor de deur een zak pistolets staan dan is je eerste gedachte niet van “ik had liever tijgerkes of sandwiches gehad…” Neen, dan kijk je even met betraande ogen de lege straat in, neemt dankbaar de zak en keert weer terug naar de geborgenheid van je gekwetste gezin. Het mooiste vind ik nog altijd dat ik tot vandaag nog altijd niet weet wie ze gebracht heeft. Geen naam, geen kaartje, gewoon elke morgen pistolets… Het klinkt haast als een gebruik van één of andere primitieve stam maar ga alstublieft gewoon eten brengen. Vraag ook niet van “moet ik iets maken?“ Neen! Ga gewoon aan de deur staan met die pot soep in je handen…De dood is ruw, primitief en oeroud. Eten en drinken ook…
Ga op bezoek: verbonden in het noodlot
Komen we op het tweede punt: bezoeken of niet bezoeken…Ik kan kort zijn: bezoeken! Ik ben niet de meest sociale persoon en telkens als iemand schuchter aan de deur stond, was mijn reactie steeds dezelfde: “ik ben blij dat je er bent, kom binnen, maar het kan zijn dat ik jou na twee minuten buiten gooi”. Twee minuten werden altijd twee uur. We hebben samen gegeten, gepraat, herinneringen opgehaald, vaak samen gehuild en soms werden wildvreemde mensen verbonden in het noodlot…
Tijd
Mijn derde goede raad gaat over de tijd. Hij is ons eeuwige vijand maar bij een rouwproces is hij een (trage) vriend. Als je je eigen dode kind in je armen hebt gedragen, als je hem bent gaan herkennen in een mortuarium en hem vervolgens hebt begraven dan denkt je logisch verstand: “het ergste is achter ons.. “ Helaas, pindakaas zoals ons jongetje steeds zei.. We zijn nu maanden later en het gevoel van gemis en leegte wordt nog elke dag groter.
Wat ons menselijk leven mooi maakt, namelijk een bewustzijn met emoties, vreugde en verdriet, wordt nu een gruwelijke en sluipende vijand. Wij zijn geen meester van onze gedachten. Verdriet, schuldbesef, woede komen en gaan zoals de golven aan zee… Zelfs met al je ratio op scherp, kun je niet ongehinderd naar een muurtje kijken zonder te hopen dat hij plots van achter het muurtje springt. “Dag papa!” Ondertussen zit onze kat, die zo vaak met ons zoontje heeft gespeeld, gewoon in de sofa. Ze kijkt mij uitdagend en nonchalant aan en vraagt zich waarschijnlijk af wat ze straks zal eten. Net zoals de schoonheid van Mozart haar koude vacht niet kan raken, zo ook blijft ze onbewogen bij het plotse overlijden van haar speelkameraadje. Helaas, pindakaas… wij zijn mensen.
Hou dus uw inspanningen vol, maanden aan een stuk. Eventueel niet met dezelfde intensiteit, spreek af met vrienden voor een buurtrol. Ga er even niet vrolijk van uit dat het na een maand voorbij is. Ik denk nog aan die arme buurman die na twee weken naar mijn vrouw stapte en vroeg of het al beter ging. “Neen, hij is nog altijd dood”. Een brutaal en intriest antwoord. Vroeger was ze geen van beiden.
Sociale media
Vervolgens is er het internet en de bijhorende sociale media. In een tijdperk waar relaties gestart en gestopt worden via Messenger en waarbij aan nationale en zelfs internationale politiek wordt gedaan via Twitter, is de verleiding groot om ook ons medeleven af te handelen via Facebook of via de website van de begrafenisondernemer… “Er zal toch genoeg volk in de kerk zijn..”, “Ze zullen toch voldoende bezoek thuis hebben…” Neen dus… wees aanwezig, en vooral levend in vlees en bloed. Een familie die op een dusdanige wijze gekwetst is, zal zichzelf niet opdringen. Zij kruipt net als een gewond dier terug in donkere geborgenheid van haar hol of grot. Dring uzelf op. En tenslotte, wees de dagen of weken nadien iets voorzichtiger met de likeknop op Facebook. Natuurlijk stopt jouw leven niet omdat jouw beste vrienden hun kind hebben verloren. Maar met één klik op de likeknop kun je wel bij hen de indruk wekken dat je de week nadien al aan het feesten bent als de beesten…
Niemand kan zich inbeelden wat het is om een kind eeuwig te moeten missen
Als laatste wil ik het even hebben over uw leven. Ik veronderstel even dat magere Hein zich tot nu toe bij u netjes heeft gedragen. Hij heeft de 'volgorde van het leven' gerespecteerd of uw laatste troostende woorden tot uw kinderen betroffen de cavia die 's morgens stilletjes in zijn nestje bleef liggen… Een kind verliezen zou de meest fantastische ervaring kunnen zijn die je als familie kunt meemaken. Het zou echter na een maand moeten stoppen. “Dag mama, dag papa, waar zaten jullie?” Hoe gulzig maar ook hoe doordacht en wijs zou je nadien door het leven gaan! Helaas, pindakaas… Zo werkt het dus niet.
Elke ouder heeft zich al eens ingebeeld dat zijn kind dood is. Dat beklijvend moment als plots je peuter uit je zicht is verdwenen op een druk strand. Die namiddag toen hij als puber met de fiets vertrok en je vijf minuten later in de verte een sirene hoorde. Of gewoon s’nachts, badend in het angstzweet, na een nachtmerrie… Niemand kan zich echter inbeelden wat het is om een kind eeuwig en altijd te missen. Eerlijk gezegd ik ook nog niet…
Oproep tot liefde
Het leven is kort en fragiel. Tachtig jaar of acht jaar, wij zijn oneindig langer dood dan levend. Vroeger werden we vanop de kansel daar regelmatig aan herinnerd. Vandaag predikt de maatschappij rondom ons een illusie van eeuwig leven. Zelfs de reclame van uitvaartverzekeringen ademt een sfeer van onbezorgdheid en eeuwigheid uit. Wat kun je leren van een brutaal overlijden?
Het is gevaarlijk om niet in goedkoop epicurisme te vervallen. Dit is geen pleidooi voor voor een grotere religiositeit, geen pleidooi om de rest van het leven te bekijken vanuit een hangmat in de tuin. Het is wel een oproep tot liefde. Geef en krijg! Kijk maar na: alle grote momenten van geluk zijn op één of andere manier verbonden met de liefde. Laat de liefde al uw handelingen en gedachten inspireren. Enkel de liefde, en niet de woede of een gerechtszaak, zal ons als gezin er terug bovenop helpen. Bemint elkander. Het is diezelfde liefde die je nodig zult hebben wanneer je met een kom soep zal aanbellen…
En oh ja.. voor ik het vergeet, zijn naam was Victor. Hij was ontzettend gek op dieren.”
De getuigenis van Koen Torrekens kan je hier herbeluisteren.