Robin*

En dan word je sterrenmama: het verhaal van Robin* (deel 3)

16/04/2024

Lieve Robin*, wat had ik je graag willen ergeren door je voor de honderdste keer te vertellen over hoe je ter wereld kwam. Wat had ik dit graag elk jaar kunnen doen op je verjaardag, wanneer je zou afstuderen, bij het begin van een nieuw avontuur in je leven en wie weet, ooit zelfs op je huwelijk of bij de geboorte van je eerste kind. 

Wat had ik je graag zien draaien met je ogen en je horen zeggen “Mamaaa, niet nog een keer dat verhaal!”

Dat verhaal kan ik je niet meer vertellen zoals ik had gedacht en je reactie zal ik ook nooit kunnen horen of zien, daar besliste het leven anders over. Maar ik kan je verhaal wel vertellen op andere manieren. Door het op te schrijven. Door het te vertellen tegen iedereen die wil luisteren. Door het fluisterend te delen met de sterren, hopend dat jij het zo ook te horen krijgt. 

Ons klein, sterk en dapper knulletje. Je komst blies ons helemaal omver. Je tartte het lot verschillende keren en wonder boven wonder overwon je alle obstakels. Behalve dat laatste. Dat kon zelfs jij niet overwinnen. Geen enkele aardse, buitenaardse noch goddelijke kracht kon je hiertegen beschermen. Zelfs niet onze liefde voor jou.

Je papa en ik leerden je voor het eerst kennen op zaterdag 12 februari 2022. Ok, ik geef het eerlijk toe, de weken ervoor en zeker die laatste dagen had ik al een klein vermoeden dat je bij ons was. Mijn anders zo regelmatige menstruatie bleef al uit sinds na ons huwelijk op 12 januari. Ik stak het op stress rond onze nakende verhuis naar Portugal en op de besmetting met covid van eind januari. Dat moest het wel zijn, want ik had een koperspiraaltje dus, zwanger? Nee, dat was helemaal niet mogelijk. Toch?! Ook al waren de signalen van mijn lichaam heel duidelijk, ik was nog niet klaar om toe te geven aan dat buikgevoel. Tot die zaterdag, een week nadat we waren toegekomen in ons nieuwe huis. Met vlinders in de buik (die jou waarschijnlijk rond de oren vlogen) ging ik naar de badkamer met een zwangerschapstest. Voor alle zekerheid. De logica zei me dat het onmogelijk was, mijn gevoel vertelde me iets anders.

De test vertelde me ook iets anders en wel heel snel. Nadat ik het dopje erop deed en de test op de kast legde, deed ik een stap achteruit. Binnen drie minuten zouden we het weten. Ik besloot om een stap vooruit te zetten en toch al eens te piepen, geduld is niet mijn sterkste eigenschap. En ja hoor, daar zag ik al een tweede streepje verschijnen. Met twee voeten tegelijk sprong ik achteruit. Nee?! Dat kon toch niet. Ik keek nog eens en nog eens. Herlas de gebruiksaanwijzing, keek nog eens. Nam de test vast en bekeek het strookje vanuit een andere invalshoek met een andere lichtinval. Twee streepjes. Positief. Ik was zwanger. Holy sh*t!

Met een buik vol jou en nog meer fladderende vlinders dan voordien liep ik naar beneden. Je papa was in de keuken. Hij keek me aan en vroeg “En?” Er duidelijk nog van overtuigd dat het niks ging zijn. “Ik ben zwanger. Ik ben zwanger!” Blij, verbaasd, verliefd en ook wel een beetje in paniek vlogen we elkaar in de armen. Hier hadden we niet op gerekend. Dit hadden we niet gepland. Maar oh wat waren we gelukkig! Ons onverwacht liefdeskindje. 

Vanaf daar zou je het typische zwangerschapsverhaal verwachten met negen maanden later een wolk van een baby in de armen en hierop volgend een leven vol mijlpalen. Eerste woordje, eerste schooldag, eerste lief, eerste keer alleen gaan wonen, etc.

Die avond kwam al een eerste plotwending. Ik verloor bloed. De stem van de gynaecoloog in België die het koperspiraaltje had geplaatst, galmde door mijn hoofd: “De kans is bijna onbestaande dat je zwanger wordt met een spiraaltje maar als het gebeurt, moet je dit zo snel mogelijk laten onderzoeken. Meestal is het een buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Dat kan gevaarlijk zijn.” 

We waren hier nog maar net toegekomen en hadden helemaal geen idee van hoe alles in zijn werk ging. Waar was het ziekenhuis? Konden we daar gewoon binnenstappen? Hoe gingen ze ons verstaan? Gelukkig leerden we afgelopen week al een Belgische vrouw, I., kennen die bij ons in de buurt woonde. We besloten aan haar te vragen of zij mij kon helpen. De volgende ochtend ging ik met haar mee. Eerst naar het gezondheidscentrum om een patiëntennummer te krijgen en om een afspraak te regelen met de dokter. Dat kon pas binnen een paar dagen dus gaf de dame aan het onthaal als raad om naar de spoeddienst te gaan, hier in Elvas of in Badajoz, een grotere stad net over de grens in Spanje. 

We besloten om naar Spanje te gaan omdat daar een universitair ziekenhuis was. Het eerste gebouw bleek geen materniteit te hebben. We werden doorverwezen naar een andere afdeling op 5 minuten rijden. Daar, na wat gedoe bij aanmelding over wat mijn tweede familienaam was die ik uiteraard niet had en of ons huis nu écht geen huisnummer had (nee dus), zat ik uiteindelijk alleen in de gang te wachten. covid-regels, niemand mocht met me mee. Na een kort gesprek en onderzoek bij een verpleegkundige, werd ik naar een andere gang gestuurd. Weer wachten. 

Uiteindelijk kon ik bij de arts langs voor een echo. Wat ik daar op het scherm zag, daar had niemand me kunnen op voorbereiden. Je was zo’n een klein wonderbaarlijk mini-alien-mensje, in een klein bolletje met een nog kleiner flikkerend bolletje in het midden. “Dat is het hartje.” wist de dokter me te vertellen. “Alles is in orde.” Zeker vier keer vroeg ik of het geen probleem was dat ik een spiraaltje had en dat dat spiraaltje daar nog ergens zat. De dokter stelde me telkens gerust. Je hartje klopte, alles was in orde, je was al zes weken oud en ik kon mijn zwangerschap zorgeloos uitdoen met het spiraaltje. De dokter liet mij je hartslag horen en tranen liepen langs mijn wangen. Mijn hart klopte denk ik even snel als het jouwe op dat moment, Robin*. Ik was mama! Wat een wonderbaarlijk en magisch gevoel.

Al wenend van vreugde liep ik de verschillende gangen door richting uitgang. Ik zag I. staan en zei “Alles is in orde!”. We knuffelden en elkaar en dan pakte ik zo snel mogelijk mijn telefoon. Ik startte een videogesprek met je papa. De telefoon kon met moeite overgaan of je papa nam al op. Ik zag een gezicht vol zorgen en onmacht. Wat was ik blij dat ik kon zeggen “Proficiat papa! Alles is ok. We krijgen een kindje! Ik heb het hartje al zien en horen kloppen!”. Tranen welden op in zijn en mijn ogen. De opluchting en het geluk op je papa zijn gezicht zal ik nooit vergeten. Mijn hart liep over van liefde.  Met natte ogen en een brede lach op mijn gezicht ging ik naar de auto met I.  We vertrokken terug naar huis, terug naar je papa en klaar om ons voor te bereiden op een leven met drie.

De weken daarna vertelden we verschillende keren over hoe wonderbaarlijk het was dat je bij ons was en hoe sterk je dan al was. Je was verwekt op de nacht voor ons huwelijk, daar waren we zeker van. Daarna werden je papa en ik ziek door een covidinfectie. Dit allemaal terwijl we volop aan het inpakken waren voor de verhuis naar het buitenland van 5 februari. 

Je overwon het spiraaltje. Je overwon covid. Je overwon het sleuren met dozen. Je overwon de rit van 1.900 km. Je overwon de winterkou in ons nieuwe huis en de stress van alles wat op ons afkwam. Ondanks een bijna voortdurend licht bloedverlies tijdens de zwangerschap, bleef je het goed doen in mijn buik. Na 14 weken stopte het bloeden en waren we er helemaal van overtuigd: jij overwon alles om bij ons te zijn. Jij kon alles aan! Wat waren wij gelukzakken!

Wat zijn wij nog altijd gelukzakken. Jij maakte ons mama en papa. Dat neemt niemand ons ooit nog af, ook al verliep alles anders dan verwacht. Ook al ben je nu fysiek niet meer bij ons.

Onze liefde is voor altijd en ik beloof je dat ik je verhaal tot ergernis toe zal blijven vertellen.


Liefs,
Mama


Vrijdag 15 april 2022, ergens midden in de nacht. Ik schrok wakker. Voor een halve seconde wist ik niet waar ik was en wist ik niet meer wat er gisteren gebeurd was. Voor een halve second was er terug een leven waarin jij ging opgroeien. Tot het besef, de zwaarte en het verdriet me weer overspoelden. Ik kroop in een bolletje, met mijn handen op mijn buik en huilde mezelf terug in slaap.

(Wordt vervolgd.)