Meisje zit op stoel

Vier mythes over je blaas en verkeerde plasgewoonten

6/06/2024

Het lijkt wel alsof sommige mythes van generatie op generatie onder vrouwen worden doorgegeven. Onschuldige tips en hints die je mama vroeger meegaf, kunnen onbewust verkeerd blaasgedrag veroorzaken. Hedwig Neels, auteur van Het Bekkenbodemboek en drijvende kracht achter thepelvicfloor.be, ontkracht de vier bekendste mythes over jouw blaas en verkeerde plasgewoonten.

Mythe 1: Uit voorzorg even plassen!

Just in case. Heb je de gewoonte om altijd nog snel even te plassen voordat je het huis verlaat en overal waar je aankomt, eerst even te gaan plassen? Als die gewoonte een routine wordt, dan luister je zelden naar je blaas. Het kan je normale blaaswerking en blaasgevoel verstoren. Misschien zet je ook te veel druk om snel snel dat just-in-case-plasje eruit te drukken? Probeer dat liever te vermijden; een gezonde volwassen blaas kan met gemak 500ml ophouden. Terwijl je blaas zich geleidelijk aanvult, kan de drang om te plassen oplopen. Probeer dus bij die eerste gevoelens niet onmiddellijk toe te geven, maar leer de signalen van je blaas goed te begrijpen. Pas als je voelt dat de drang sterker wordt en je waarschijnlijk eerder 350 à 500ml in je blaas hebt, ga je het best plassen. Bijhouden wat je precies gedronken en gegeten hebt (in fruit en groenten zit bijvoorbeeld ook heel wat vocht, waardoor je misschien wat sneller weer een gevulde blaas zult hebben), kan je helpen om je lichaam te begrijpen.

Mythe 2: Openbare toiletten zijn vuil

Ga maar beter niet op die bril zitten, want dan kom je misschien met vieze bacteriën in contact en krijg je een blaasinfectie. Ben jij ook zo iemand die altijd boven het toilet hangt te zweven, het liefst met je broek ook veilig hoog, om contact met die vuile grond te vermijden? Wel, die gewoonte kan juist meer problemen veroorzaken. Door de spierspanning die opbouwt om die ongemakkelijke houding aan te nemen, zwevend boven het toilet, kun je je bekkenbodemspieren minder goed loslaten en ontspannen. Je plast waarschijnlijk daardoor je blaas onvoldoende leeg. Het klein restje urine dat achterblijft is een broeihaard voor bacteriën en kan een blaasinfectie veroorzaken. Ga dus liever altijd goed gesteund zitten op de bril, laat je kledij voldoende zakken, ontspan je buik en bekkenbodem, en plas rustig leeg.

Mythe 3: Een sterke plasstraal is de beste plasstraal

'Plas maar goed door, een sterke plasstraal is het teken dat je flink plast.' Druk jij steeds op je blaas om met een sterke plasstraal je blaas te ledigen? Ook dat doe je beter niet. Als je rustig en goed neerzit op de bril en je bekkenbodemspieren loslaat, zullen je hersenen onbewust je blaas aansturen om zichzelf leeg te knijpen. Laat je blaas dus doen waarvoor ze dient. Het is een spier die zich rustig en gecontroleerd zal leegknijpen.

Mythe 4: De urinestop is de beste manier om je bekkenbodemspieren te trainen

'Als je in kleine straaltjes kunt plassen, weet je dat het goed zit daaronder.' Neen, urinestop is helemaal geen goede bekkenbodemspieroefening. Bij de urine- of zogenaamde pipistop laat je eerst je plas lopen en knijp je dan je bekkenbodemspieren toe om je plas trots op te houden. Als dat lukt, weet je dat je bekkenbodemspieren goed samentrekken. Maar als je dat een aantal keer na elkaar doet, verstoor je het evenwicht tussen je blaas en bekkenbodem. Je blaasspier is een gladde spier, een spier die onbewust door je hersenen wordt aangestuurd. We kunnen die spier niet écht controleren. Vergelijk het met je hartspier: ook dat is een spier die je niet zomaar even kunt ophouden of stilleggen.

Als je dus in kleine hoeveelheden plast, verstoor je de hele tijd dat samenspel tussen blaas- en bekkenbodem. Je reflex wordt daardoor wat minder sterk en het laatste beetje urine in je blaas wordt minder goed opgemerkt, waardoor je hersenen je blaas niet meer de opdracht geven om ook dat nog eruit te laten lopen.

Dat heten we post-mictioneel residu, een beetje urine dat in de blaas blijft na het plassen (wat je dus ook kunt hebben als je boven het toilet zweeft of wat soms ook door en blaasverzakking wordt veroorzaakt). Die overblijvende urine kan infecteren of kan er natuurlijk voor zorgen dat je snel na het plassen alweer het gevoel hebt dat er nog pipi in je blaas zit.

Vergelijk het met een ballon: als je een goed gevulde ballon openmaakt en het 'teutje' loslaat, zal de elasticiteit van de ballon ervoor zorgen dat alle lucht er in één keer uitgeperst wordt en eindig je met een lege ballon.

Als je daarentegen een ballon met kleine hoeveelheden laat leeglopen, dan is de luchtdruk in de ballon geleidelijk aan aan het minderen en loopt hij wat minder goed leeg, waardoor dat laatste beetje lucht er niet meer wordt uitgeperst.

Wat leren we uit bovenstaande mythes? Dat alles zoals altijd start bij het goed begrijpen van je eigen lichaam.

Meer lezen?

Cover Bekkenbodemboek

Kinesitherapeut Hedwig Neels geeft in Het Bekkenbodemboek enkele belangrijke basisprincipes en preventieve guidelines mee voor een gezonde bekkenbodem. Ze legt uit hoe je bekkenbodemproblemen kunt vermijden, oplossen en hoe je best kunt omgaan met blijvende veranderingen of klachten. Met Het Bekkenbodemboek wil ze de onzekerheid en onwetendheid die veel vrouwen nog steeds rond dit onderwerp voelen wegnemen. Hedwig pakt de problemen op een positieve, empowerende manier aan, zonder ze te verbloemen. Het is een echte aanrader voor alle vrouwen met interesse in hun bekkenbodem en een uitstekend hulpmiddel om bekkenbodemproblemen uit de taboesfeer te halen.

 

  • Met herkenbare getuigenissen
  • Prachtige illustraties voor extra duidelijkheid
  • Boordevol toegankelijke info en tips

BESTEL | MEER INFO