Leer je perfectionisme herkennen en onderzoek hoe het in je onderbewuste aanwezig is. Deze vragen kunnen je daarbij helpen:
- Wat is volgens jou perfect en wat is goed genoeg?
Werk met je eigen standaard, niemand kan dat in jouw plaats bepalen. Er is niets mis met het ‘het goed willen doen’, zolang je het maar voor jezelf en je gezin doet (en niet voor anderen). - Wat is haalbaar? Wanneer laat je jezelf toe om tevreden te zijn?
Stel realistische doelen, dat is fijner dan te blijven streven naar perfectie. Wat maakt een doel voor jou realistisch en wanneer bezorgt het je stress? Heeft het te maken met tijd, kwaliteit, kwantiteit? Vergelijk jezelf met anderen en leg je jezelf van daaruit druk en doelen op? - Hoe afhankelijk ben je van perfectie?
Kan je het van je afzetten als iets niet lukt? - Ga je iets uit de weg als je denkt dat je het niet zult kunnen? Of durf je minder te presteren zodat je je kunt verstoppen achter het excuus dat je het toch niet kunt?
Bekijk je perfectionistische trekje (en dat van je kind) als een voordeel, maar wees je ervan bewust wanneer het ervoor zorgt dat je blokkeert. Het kan dan leiden tot faalangst en staat tussen jou en het doel dat je wilt bereiken.
Het onderste uit de kan halen
Het is geen probleem om iets goed te willen doen. Te vaak bestempelen we perfectionisme als een negatieve eigenschap. Dat is alleen maar zo als het je te vel stress oplevert, je erdoor blokkeert en zo je valkuil wordt. Plaats het dus in het juiste perspectief.
Krijgt ook je kind stress als het iets goed wil doen? Onderzoek dan of het gaat om stress die hem helpt bij het behalen van zijn doel of dat de stress ontstaat vanuit de angst om te falen en hem daarom blokkeert. Maak van perfectionisme geen slechte eigenschap, het is het soms waard om het onderste uit de kan te halen. Je voelt als ouder wel aan wanneer je kind behoefte heeft aan aanmoediging en wanneer het getroost moet worden als iets niet lukt. Vertrouw op je intuïtie. Je betrokkenheid zorgt ervoor dat jij weet wat je kind nodig heeft als perfectionisme hem vooruithelpt én wat je moet doen als het hem tegenwerkt.
Even balen is oké
Stel dat jij en je kind niet tevreden zijn over een (school)resultaat. Het kan zijn dat je omgeving de punten meer dan behoorlijk – zelfs prima – vindt, toch voelt het voor jullie niet zo aan. Een goedbedoelde ‘Dat is toch goed zo!’ helpt je niet als je een ander doel voor ogen had. Wat wel helpt is om van tevoren realistische doelen te stellen, waardoor je minder snel teleurgesteld wordt.
Geef je kind (en jezelf) ook de kans om even te balen. Mijn zoon mag bijvoorbeeld heel luid ‘kak’ roepen (thuis weliswaar). Want het is inderdaad kak als iets niet lukt zoals jij het zou willen. Zeker wanneer je zo je best doet. Ik heb liever dat hij ‘kak’ roept dan dat hij zichzelf een sukkel noemt.
Het helpt je kind ook als je zijn gevoel erkent: ‘Ik zie at je het erg vindt dat het niet lukt zoals jij het wilt. Dat herken ik, het overkomt mij ook weleens. Laat het me weten als ik je kan helpen of als je een knuffel kunt gebruiken.’
Of, voor jezelf: ‘Het is lief dat je me probeert te troosten of te overtuigen. Mag ik het gewoon even stom vinden dat het niet lukt zoals ik het graag wil? Ik wil geen oplossingen of reacties. Laat me maar even balen, ik kom wel een knuffel of advies vragen als ik het nodig heb.’
Frustratie hoort er bij
Voel je frustratie omdat je iets liever op een andere manier had aangepakt? Of omdat het niet lukt? Besef dan dat je frustratie het signaal is dat je ‘er bijna bent’, hoe vervelend dat gevoel ook is. Het is dankzij frustratie dat we blijven streven naar dat extra stapje om ons doel te behalen. Denk aan een baby: zonder een portie frustratie zal hij nooit leren rollen, zitten, staan, stappen of praten. We hebben soms wat frustratie nodig om het opnieuw (of te blijven) proberen.
Kijk ook maar eens naar je kind: na de dikste tranen volgen vaak de grootste overwinningen. Benoem het gevoel, want net als perfectionisme is frustratie geen probleem. ‘Ik zie dat je je boos maakt en dat is oké. Het is een teken dat je voelde dat het bijna lukt, en toch nog niet helemaal. Dat het nu niet lukt, wil niet zeggen dat het nooit zal lukken. Waarschijnlijk is het nog net iets te vroeg en ben je op de juiste weg. Daarom voel je je zo boos nu. Wees maar even boos en als je toch hulp of een knuffel wilt, laat het dan maar weten.’
Als jij (of je kind) het gevoel hebt dat iets niet lukt, kun je daar erg onzeker van worden. Je zou dan het liefst vluchten. Toch is het belangrijk dat je ook af en toe zo’n vervelend gevoel ervaart en de tijd neemt om de dingen opnieuw een kans te geven. Zolang je niet klaar bent met iets, kan je niet verder. Bekijk ‘wanneer iets niet lukt’ als een kans om meer veerkracht te ontwikkelen. Want als je goed kunt omgaan met tegenslagen, kan je meer dan je denkt.
Bekijk ook imperfectie met deze bril: klamp je niet vast aan iets dat niet lukte, en onderzoek hoe het komt waarom het nog niet lukte. Wat heb je nodig om wel te slagen en je doel te bereiken?
Meer weten over hoogsensitiviteit?
De masterclass Hoogsensitieve Kinderen is dé manier om meer inzicht te krijgen in jouw kind en zijn persoonlijkheidskenmerk. Van hulp voor ontprikkeling, de valkuilen en triggers tot tips voor de best mogelijke ondersteuning. Het wordt allemaal behandeld en uitgelicht aan de hand van video's, een podcast, of een downloadbare PDF.
Boek in de kijker
In het boek ‘Hoogsensitief ouderschap / Zo blijf je als hoogsensitieve ouder in balans’ lees je hoe je als hoogsensitieve ouder ook goed voor jezelf kan blijven zorgen. Auteur Bieke Geenen laat je kennismaken met negen triggers die hoogsensitieve mensen uit evenwicht kunnen brengen. Ze geeft je heel wat concrete handvatten mee om op een andere manier met je eigen hoogsensitiviteit en die van je kind om te gaan, zodat jullie elkaar beter leren begrijpen en sneller weer rust vinden in jullie gezin.