Het idee om niet te straffen en te belonen kent heel wat aanhang. Een prachtig ideeëngoed waar ik helemaal achter sta. Echter, als mamacoach zie ik te veel moeders (en vaders) die hier aan onderdoor gaan. Niet straffen is helemaal prima zolang er duidelijke grenzen worden gegeven. Niet (voortdurend) belonen is aangeraden omdat je zo de intrinsieke motivatie ondermijnt. Maar mag je dan geen ‘nee’ meer zeggen tegen je kinderen? Of mag je dan helemaal geen complimenten meer geven? Zeker wel. Graag zelfs!
Eerder dit jaar waren jullie massaal present op onze webinars, dus we zijn heel blij om jullie een nieuwe reeks ‘Mama Baas Talks’ te kunnen aanbieden. We selecteerden opnieuw vijf interessante thema’s en vijf sprekers die hun expertise op een toegankelijke manier proberen over te brengen.
Na het nieuws van de diagnose van ons zoontje verwerkt te hebben, stelden wij ons de volgende vraag: hoe gaan we dit communiceren? Niet alleen naar de buitenwereld, maar vooral naar hem zelf? Iedereen denkt onmiddellijk aan de begeleiding, therapie, etc. maar niemand kon ons hierop een antwoord bieden. Hij was op dat ogenblik amper 4-5 jaar.
Toen ik klein was, begreep ik niet waarom mijn mama soms een ‘spelbreker’ kon zijn. Er zal ongetwijfeld veel met het karakter te maken hebben want ik ben de dochter van mijn mama maar ondertussen weet ik dat alles wat ze deed omwille van mij was. En nu zie ik dat ik het ook doe. Ik ben ook een mama geworden. Mama’s zijn absoluut geen zagende saaie betweters, we zijn gewoon praktischer ingesteld.
Daar sta je dan. Je vermoedens blijken te kloppen en je kind krijgt een stempel. Niet één, maar twee. Een dubbele uitdaging, maar ook dubbel bijzonder. Want net door die stempel(s) gaan de poorten naar hulp open, krijg je van professionals te horen dat het gedrag typisch is voor de vermoedens die we reeds hadden. Omdat we niet in taboe willen leven, besluiten we als ouders om daar open in te zijn en dit naar de omgeving kenbaar te maken. Ook dat blijkt een proces, een parcours vol emoties.
Ze waarschuwen je. Je weet dat het eraan komt. Hij wordt anderhalf, en je vraag je af: 'Is het zover?'. Hij is twintig maanden en opnieuw denk je: 'Zou het nu zover zijn?'. Maar dan is hij twee en besef je het. Het is zover. Hij is een peuter van twee.
Vooraleer ik aan kindjes begon, had ik al helemaal in mijn hoofd hoe ik ze zou opvoeden. Perfect uiteraard. Een krijsende kleuter op de grond in de supermarkt? Dat zou mij niet overkomen hoor! (Kuch) Een kindje dat niet uit het zwembad wil komen en met de harde hand moet worden meegesleurd? As if!
Er zit een vlieg binnen. In onze woonkamer. ’t Is een bromvlieg. Zo’n hele dikke. Een die tegen de ramen vliegt. Telkens opnieuw. En door die vlieg is er geen enkel gesprek meer mogelijk. Nu maken bromvliegen wel wat lawaai, maar niet in die mate dat ze ons gebabbel overstemmen. ’t Is haar aanwezigheid die ons afleidt. Met ‘ons’ bedoel ik: dochterlief en mijzelf. We beginnen een zin, zien de vlieg en weten niet meer wat we…
Hoogsensitiviteit kan zowel ouders als kinderen laten struikelen. Maar door als ouder rekening te houden met de krachtbronnen die je kind authentiek maken, kun je je kind laten uitgroeien tot zijn of haar unieke zelf. Deze acht krachtbronnen kunnen zowel een sterkte als een valkuil zijn:
Vandaag de dag worden kinderen in hoge mate blootgesteld aan technologie. Dat heeft ook een invloed op de manier waarop ze denken, zich gedragen en communiceren. En dat vormt een heuse uitdaging voor ouders, die zelf niet zijn opgegroeid met al die technologieën.