Om op te groeien tot tevreden en zelfredzame personen die in staat zijn om betekenisvolle keuzes te maken én sterke verbindingen met anderen aan te gaan -een hele boterham- hebben onze kinderen behoeften aan stevige ‘voedingsstoffen’ en iemand die hen die met veel zorg aanbiedt. Vergelijk het met je lievelingsplant in de woonkamer of de frambozenstruik in je moestuin: je snoeit, geeft water, zorgt voor een ideale standplaats én geeft indien nodig extra vitamines of meststoffen.
Onze kinderen groeien op in een wereld waar het digitale een grote rol speelt. De beste manier om hen te wapenen tegen eventuele gevaren is om ze er bewust mee te leren omgaan zonder angst aan te praten. Zeker bij jonge kinderen is dat een ontdekkingsreis die je samen aflegt: zo kan je zien waar ze mee bezig zijn en wat hen boeit, maar maak je het digitale ook sociaal. Kinderen pikken dan meteen het signaal op dat digitaal sociaal niet uitsluit.
Als je je afvraagt hoe je kinderen kunt helpen hun emoties te begrijpen en met de rollercoaster aan emoties in het leven om te gaan, dan zijn Montessori-opvoedtechnieken misschien wel dé oplossing. Wij delen 5 praktische opvoedtips.
Straffen: voor veel ouders lijkt het gewoon bij de opvoeding van een kind te horen. Dat is ook niet zo verwonderlijk: in de eigen kindertijd herinneren we ons wel vaker momenten waarop de meester of juf, of onze ouders ons met een straf probeerden tot ander gedrag aan te sporen. In de opvoeding wordt veel aandacht besteed aan de korte termijn: gedragscontrole.
Als mensen mij vragen hoeveel kinderen ik heb, antwoord ik steevast met de volgende woorden. “Twee. Twee jongens. En het zijn echte boefjes hoor!” En dat is niet gelogen. Vanmorgen belde er nog een verpleegkundige naar mij. Ik zei dat ik gezien had dat ze me gisteren probeerde te bellen, maar dat het wellicht per ongeluk was. Ze antwoordde “Neen hoor. Maar ik heb je zoon aan de lijn gehad en die zei dat je niet aan de telefoon wou komen omdat je druk bezig was.” Ik moest even nadenken. Juist. Ik was boven, aan mijn bureau aan het werken, en Robbe had wellicht via zijn tablet de telefoon beantwoord. Nochtans was het een belangrijk gesprek, over mogelijke verkeerde vaccinaties door onze verhuis naar Nederland. Dus… Ik zeg het, boefjes.
Opvoeden. We doen toch allemaal maar wat. De ene heeft misschien wat meer boekenwijsheid dan de ander. Je gaat volledig op je gevoel af of je probeert regeltjes te volgen die je ergens gelezen of gehoord hebt. Je kijkt ook terug naar je eigen opvoeding. Je zet je ervan af of probeert het soortgelijk te doen. Of vaak ook neem je een middenweg: je neemt de dingen die je goed vindt en geeft er je eigen draai aan.
Hoe langer ik papa ben, hoe meer parallellen ik zie tussen sport en mijn gezin. Dus wat als we opvoeden nu eens als een sport bekijken? Of een combinatie van sporten. Want ik denk dat alle deelnemers het met mij eens zijn dat opvoeden een multidisciplinaire sport is. Zoals het principe van een tienkamp in het atletiek waar je verschillende disciplines combineert over enkele dagen.
Tieners kosten veel geld en geven het ook graag uit. Het is voor hen ook niet makkelijk: overal op sociale media zien ze leuke spullen en toffe reizen voorbijkomen. Het lijkt alsof iedereen om hen heen moeiteloos alles kan betalen, alsof iedereen de lotto heeft gewonnen - behalve jouw tiener.
Uit ons stuk ‘Waarom is opvoeden zo moeilijk?’ bleek al dat er verschillende soorten opvoedingsstijlen bestaan. Uit die 'stijlen' vloeien bepaalde keuzes voort, die in conflict kunnen komen met de (geprefereerde) keuzes van anderen. Weten welke stijl je hanteert (en welke stijl belangrijke zorgfiguren uit de omgeving van je kind gebruiken) kan een hulp zijn bij het opvoeden.
Het oeroude recept van de pedagogiek wil dat je als koppel altijd op dezelfde lijn moet staan, maar juist dat leidt tot soms oeverloze discussies. Is het wel noodzakelijk om allebei op dezelfde manier op te voeden?