"Ik ben bang dat ik het Caranovirus krijg, mama," vertelde ze met tranen in de ogen. "Mag ik bij jou op de schoot?" Ze kwam bij me zitten en huilde. "Hoe kan de dokter dan zien of mijn longen nog goed werken? Hoe kan hij daardoor kijken? Met de stethopoog?" Ik glimlach door haar taal. Zo schattig als ze zich vergist en grote zus haar corrigeert. "Het is CO-RO-NA, en de dokter luistert naar je longen met een stethosCOOP!"
Voorlezen. Het is een traditie die al een tijdje teruggaat. De meesten onder ons hebben al minstens een keertje voorgelezen en hebben ook herinneringen aan voorlezen voor het slapen gaan. Maar hoe ‘hip’ is het nu nog? En beginnen we daar al vroeg aan of wachten we tot de kindjes zelf kunnen lezen? Om een antwoord te krijgen op die vragen lanceerden we onze voorleesenquête en dankzij jullie antwoorden hebben we er nu een beter idee van!
Uit onderzoek blijkt dat kleuters steeds later zindelijk worden. In vergelijking met 40 jaar geleden zijn kleuters vandaag 3 tot zelfs 18 maanden later zindelijk. Een van de oorzaken daarvan is het feit dat de luiers die nu op de markt zijn zorgen voor een droog gevoel, waardoor een kind minder de nood voelt om zindelijk te worden. Maar ook de onzekerheid van ouders speelt een rol, en dat komt onder andere door de vele en tegenstrijdige informatie die op hen afkomt. Precies daarom heeft Kind en Gezin een ‘Plaspoort’ opgesteld.
Een mama heeft een vraagje. Haar schoonvader wil dat haar dochtertje op zijn schoot zit als ze op bezoek komt. Maar haar dochtertje vindt dat niet leuk, waardoor het nogal ongemakkelijk wordt. Hoe gaat ze daar best mee om?
Na het voorlezen eindig ik het bedritueel altijd met een zelfverzonnen avontuur van Kevertje. Maar vanavond wilde mijn 6-jarige zoon iets anders: praten over Sinterklaas.
Dag tutje, dag lieve dierbare tutje. Ja we weten het wel … Je bleef een beetje te lang rondhangen hier … Een beetje zoals gasten op je trouwfeest die tot in de kleine uurtjes blijven dansen. Het was niet echt de bedoeling dat het feest zo lang zou doorgaan en je beseft ergens dat je er de prijs later voor zal betalen, maar het voelde zo goed op het moment.
Een brief aan mijn kleine stoere draak die vaak vecht met zichzelf. Die de wereld in details ziet, maar het groter geheel en logica soms niet. Die op de kleinste dingen met extreme hevigheid reageert en daardoor vaak volledig in zichzelf keert. Soms slechts een paar minuten, soms uren aan een stuk.
Terwijl we Rotterdam binnenrijden zegt de één:
'Tante Lies woont in de grootste stad van de hele wereld'
en de ander:
‘Wat een rare kerk mama’
Dat is een moskee jongen.
‘En wat heeft die vrouw op haar hoofd?’
Dat is een hoofddoek.
Met zijn tong uit zijn mond staat hij aan de gootsteen, borstel in het teiltje. Onder zijn voeten een krukje, om de korte beentjes te verlengen. Driftig boenend zodat de vlokken zeep in het rond vliegen. ‘In het water, schrobben en afspoelen, zo moet het hè mama?' En even later, als hij een glas uit de kast pakt en ik hem zeg dat er al eentje op tafel staat: ‘Geeft niet mama, ik doe toch de afwas.’